Door: Melanie Peters
Zoals de opkomst van de auto een compleet nieuwe infrastructuur nodig maakte, zo vraagt het digitale tijdperk om nieuwe normen en andere manieren van werken. Disruptieve innovaties, denk aan Uber en Airbnb, hebben Nederland ingrijpend veranderd. De digitale transitie stelt ons voor onverwachte uitdagingen. Polderen, onze eeuwenoude traditie van overleg en consensus, lijkt in deze tijd van globalisering en e-economy steeds minder geliefd te worden. En toch, als we van Nederland echt een digitale koploper willen maken, hebben we het poldermodel en het draagvlak dat dat kan creëren voor een gedeelde aanpak van complexe vraagstukken, nu meer nodig dan ooit.
Over welke uitdagingen hebben we het dan precies? De langetermijneffecten van digitalisering zijn nog onduidelijk en staan ter discussie. Het destructieve effect van nepnieuws op onze democratie leidt tot vragen, en hoe social media juist zou leiden tot gevoelens van isolement en minder empathie. Om mijn punt te maken, beperk ik me hier tot de actuele, concrete risico’s: van tweedeling in de maatschappij tot uitsluiting. Zo zien we op de arbeidsmarkt een ontwikkeling waarbij diensten via internetplatformen worden aangeboden.
In de deel- en kluseconomie maken vaste banen en medewerkers steeds vaker plaats voor flexibele banen en zzp’ers. Het lijkt soms ieder voor zich en het zijn mondiale internetplatformen die winsten afromen die voorheen in onze lokale economie terugvloeiden. Op een individueel niveau, als het gaat om gezondheid en zorg, roept digitalisering de belofte op van meer eigen regie. Met apps kunnen we ons eigen gedrag monitoren en verbeteren. Door onze gegevens digitaal te delen met zorgverleners wordt de zorg persoonlijker. Dat is het idee althans, of die beloften allemaal waargemaakt worden is nog maar de vraag. Maar hoe zit het met de mensen die niet digitaal willen of kunnen meekomen in ons land? De kloof tussen mensen die voordeel hebben bij de digitale transitie en groepen die achterblijven wordt zo steeds groter.
Een andere concrete ontwikkeling waarover al veel is gezegd is robotisering. Door digitalisering van werkprocessen gaan onze banen en arbeidsverhoudingen wezenlijk veranderen. Ook daar stelt digitalisering ons voor nieuwe uitdagingen die onze manier van leven raken. Hoe houden we onze samenleving inclusief en democratisch? Net als vroeger toen ‘het water’ ons dwong tot samenwerken en leidde tot dijken en polders, vraagt deze tijd om bezinning en eensgezindheid over hoe we onze economie duurzaam en vitaal maken. We hebben een geavanceerde digitale infrastructuur en een hoogopgeleide, goed geïnformeerde bevolking die ontvankelijk staat tegenover technologische vooruitgang, maar juist onze, volgens sommigen achterhaalde, traditie van ‘polderen’ onderscheidt Nederland internationaal. Dus tegen iedereen die dat niet meer van deze tijd vindt, zeg ik: integendeel. Het is een beproefd recept waarmee we ervoor kunnen zorgen dat de digitale transitie ook maatschappelijk een succes wordt. Die kans moeten we niet laten liggen.
Melanie Peters is directeur van het Rathenau Instituut
Deze bijdrage komt uit IP nr. 7 / 2018. Het gehele nummer kun je hier lezen.