Uit cijfers die het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) deze week bekendmaakte blijkt dat bewoners van met name plattelandsgebieden steeds langer moeten reizen om een bibliotheek te bezoeken.
Het CBS schrijft dit toe aan de afname van het aantal vestigingen. ‘In 2014 zijn er 1030 bibliotheken, in 2012 waren het er nog ruim 1070. Bezuinigingen op subsidies aan kunst en cultuur, zoals bibliotheken hebben geleid tot het verlagen van het serviceniveau en het sluiten van vestigingen. Een van de gevolgen van de bibliotheekverdunning is dat mensen steeds langer onderweg zijn naar de bibliotheek,’ aldus het CBS.
In Friesland en Zeeland moet men gemiddeld de grootste afstand afleggen tot de dichtstbijzijnde bibliotheek: gemiddeld 2,9 kilometer. In Friesland en Zeeland hebben mensen de bibliotheek vaak niet meer op loop- of fietsafstand. In de steden vallen de reistijden over het algemeen nog mee. Het CBS noemt het relatief bibliotheekdichte Amsterdam, met ruim twintig bibliotheken, waar in sommige wijken de afstand tot de bibliotheek gemiddeld 700 bedraagt.
Het CBS noemt ook enkele voorbeelden van gemeenten waar mensen (veel) meer dan gemiddeld moeten reizen om hun bibliotheek te bereiken. Zo moeten de inwoners van de Friese gemeenten Menameradiel, Dongeradeel en Littenseradiel er meer dan 4 kilometer voor reizen, inwoners van Ferweradiel ruim 8,5 kilometer. De inwoners van de gemeente Noord-Beveland (Zeeland) moeten het verst reizen. De dichtstbijzijnde bibliotheek ligt er op 14,6 kilometer. In de buurt Kamperland in deze gemeente moeten zij zelfs 18 kilometer rijden naar de bibliotheek.