The right to e-read: aftrap EBLIDA-campagne

Op een niet al te drukbezochte bijeenkomst is door EBLIDA-voorzitter Klaus-Peter Böttger en VOB-directeur Ap de Vries in Den Haag de petitie ‘The right to e-read’ overhandigd aan D66-Europarlemetariër Marietje Schaake. Dit gebeurde ter gelegenheid van World Book and Copyright Day op 23 april. Eerder op de dag werd in Brussel de petitie aangeboden aan een ander lid van het Europees Parlement, Luigi Berlinguer.

Door: Frank Huysmans

Böttger, De Vries en EBLIDA-bestuurslid Erna Winters lichtten de redenen achter de petitie toe. Weliswaar is het in een aantal Europese landen, waaronder Nederland, inmiddels mogelijk voor bibliotheken om e-books uit te lenen aan hun gebruikers. Daarvoor moet in elk land worden onderhandeld met koepels van rechthebbenden – uitgevers, auteurs en andere ‘makers’. De laatsten staan het sterkst in die onderhandelingen, aangezien de leenrechtuitzondering op het auteursrecht dat geldt voor fysieke materialen niet geldt voor digitale content. Althans, dat is de communis opinio onder rechtsgeleerden (daarover verderop meer). In de praktijk betekent dit dat bibliotheken niet kunnen collectioneren, dus niet zelf kunnen bepalen welke boeken ze aan hun gebruikers willen aanbieden. Ook komt het voor dat uitgevers de voorwaarden dicteren waaronder bibliotheken het mogen doen.

Hier te lande is met de 5.000 titels op het landelijke e-book-platform ongeveer een kwart van alle als e-book beschikbare titels beschikbaar voor uitlening. Een veelgehoorde klacht is dat dit niet altijd de titels zijn waar de gebruikers op zitten te wachten. De Europese bibliotheekkoepel EBLIDA is daarom met deze Europabrede campagne gestart om het auteursrecht op dit punt gewijzigd te krijgen. Bibliotheken willen zelf kunnen bepalen welke titels ze tegen welke voorwaarden mogen aanbieden, en eisen ook dat ze daarvoor niet meer dan een redelijke prijs hoeven te betalen.

Strippenkaart

Directeur Hans van Velzen van de openbare bibliotheek Amsterdam presenteerde als voorzitter van de VOB-inkoopcommissie de thans gesloten overeenkomst tussen bibliotheken en uitgevers. Er is een basispakket e-content waar bibliotheekleden zonder meerkosten thuis gebruik van kunnen maken. Daarnaast komt er in de zomer een pluspakket waar leden tegen betaling van € 20 het recht verwerven om 18 titels te lenen. Dit wordt een strippenkaartmodel: zodra de 18 uitleningen ‘op’ zijn, kan een nieuwe strippenkaart worden gekocht.

In het basispakket komen in principe alleen titels uit de ‘long tail’ die 3 jaar of langer geleden zijn verschenen. Per uitlening wordt hiervoor een bedrag van € 0,12 (in het eerste jaar dat ze worden aangeboden € 0,24) afgedragen aan de rechthebbenden. In het pluspakket komen ook nieuwe titels te leen. Voor deze wordt in de eerste 6 (met uitloop naar 12) maanden € 0,48 afgedragen. Voor de CPNB-top-60-titels komt daar nog een opslag bovenop van € 0,12 (in totaal dus € 0,60 per uitlening). Nadat het echt nieuwe van het boek af is, in principe na 6 en ten laatste na 12 maanden, daalt het vergoedingsbedrag naar € 0,36, tot de 3-jaarsgrens wordt bereikt en de € 0,12 gaat gelden. Voor de 18 uitleningen per strippenkaart van € 20 wordt in totaal minder afgedragen dan er bij de leden wordt geïnd; wat er overblijft, vloeit in de bibliotheekkas ter dekking van de gemaakte kosten.

Gezocht wordt naar een businessmodel dat voor bibliotheken én rechthebbenden aantrekkelijk is, benadrukte Van Velzen: “Bibliotheken willen laten zien dat zij een rol kunnen spelen in het ‘legaliseren’ van het e-book-aanbod. Gelezen boeken worden door de bibliotheken betaald, en mensen raken eraan gewend dat voor het lezen van e-boeken betaald moet worden.” Ondanks deze wil tot samenwerking met rechthebbenden is de petitie volgens Van Velzen voor bibliotheken een noodzakelijke stok achter de deur om uit het totaal beschikbare aanbod een eigen selectie te kunnen maken en deze tegen eigen voorwaarden te kunnen uitlenen.

Proefproces

Rechtsgeleerde en advocaat Dirk Visser lichtte vervolgens in een geanimeerd betoog toe waarom de VOB een proefproces is gestart omtrent de leenrechtuitzondering. Hoewel de gangbare opvatting is dat de leenrechtuitzondering op het Nederlandse auteursrecht niet van toepassing is voor digitale content, is er toch een sprankje hoop dat de wet toch zo kan worden uitgelegd. Dit sprankje heeft te maken met de uitspraak van het EU-Hof in de zaak Oracle vs. UsedSoft, waarbij tegen de verwachting in het recht op het doorverkopen van licenties op software werd bevestigd. Waar iedereen verwachtte dat het Hof zou oordelen dat je licenties op gedownloade en gebruikte software niet mag doorverkopen als je die niet meer gebruikt, gebeurde het tegenovergestelde. De overwegingen die het Hof tot deze uitspraak brachten, zouden ook op het leenrecht van toepassing kunnen zijn.

“Noch de VOB, noch de Nederlandse overheid kan zelf naar het EU-Hof stappen om hierover een uitspraak te vragen. De enige weg is het beginnen van een proefproces bij de rechtbank. De rechtbank kan vervolgens het Hof om een uitspraak vragen.” De hoogleraar intellectueel eigendomsrecht (RU Leiden) hoopt dat partijen er gezamenlijk bij de rechter op zullen aandringen meteen om een uitspraak van het Hof te vragen en het niet op een slepende procedure bij het Gerechtshof en de Hoge Raad zullen laten aankomen. In dat geval komt er relatief snel duidelijkheid voor alle partijen. Visser stelde dat dat in ieder geval in het belang van de auteurs zou zijn. Die ontvangen per digitale uitlening nu namelijk een hogere vergoeding dan voor een ‘papieren’ uitlening.

Op 27 mei is er voor de Haagse rechtbank een comparitie der partijen. De gedaagde koepelorganisatie Stichting Leenrecht stelt zich neutraal op en voegt zich naar het oordeel van de rechter. De koepels van uitgevers en auteurs alsmede de Stichting Pictoright zijn echter ’tussengekomen’ met een tegenclaim. Het lijkt erop dat in ieder geval de uitgevers niet in de wens van de VOB-raadsman zullen meegaan en het toch op de langdurige rechtsweg willen laten aankomen.

Hervorming auteursrecht

Europarlementariër Marietje Schaake (D66, Alliance of Liberals and Democrats for Europe) maakte duidelijk waarom zij zich in de komende jaren in Europa sterk gaat maken voor hervorming van het auteursrecht. In de digitale werkelijkheid van nu gaat dit recht, ontstaan in het pre-digitale tijdperk, steeds meer knellen. Het auteursrecht was en is bedoeld om een goede balans te vinden tussen twee aspecten van het algemeen belang. Enerzijds een economische prikkel voor makers om goede content te produceren en aan hun werk een goede boterham te verdienen. Anderzijds het belang van het algemene publiek om tegen zo laag mogelijke drempels gebruik te kunnen maken van wat er aan kennis en cultuur beschikbaar is. Al vaak is vastgesteld dat de nationale wetten in de 28 EU-landen danig van elkaar verschillen, wat het uiterst lastig maakt om tot een uniforme Europese richtlijn te komen. Dat mag Europese beleidsmakers en politici er volgens haar niet van weerhouden het toch te gaan doen. De intentie met wetten en regels is dat zij het algemeen belang, the public interest, dienen, en niet zoals nu dat algemeen belang in de weg zitten, aldus Schaake. Niet alleen bij het uitlenen van e-books, zoals de haar sympathieke EBLIDA-petitie onderstreept, maar ook bij zaken als het ontsluiten van cultureel erfgoed op het web en het hergebruik van tekst en data voor onderzoeksdoeleinden.

De Europarlementariër, bekend van haar succesvolle actie in het Europees Parlement tegen het ACTA-verdrag en vóór het veiligstellen van netneutraliteit, noemde het opnemen van open access als beleidsdoelstelling in het Horizon 2020-programma van de EU als voorbeeld van hoe het ook kan. Tevens brak zij een lans voor het gelijkschakelen van btw op fysieke en digitale boeken. In veel landen, ook hier, geldt voor papieren boeken het lage en voor e-books het hoge tarief. Wat Schaake betreft komen beide in het lage tarief. Ze beloofde zich sterk te gaan maken voor eerlijke systemen met eerlijke prijzen: “Uitgevers moeten zich realiseren dat er geen competitie is tussen van papier en van scherm lezen, maar dat het eerder gaat tussen lezen versus sport en andere vormen van vrijetijdsbesteding.” Het wegnemen van onnodig hoge drempels om te kunnen lezen zou volgens haar de hoogste prioriteit moeten hebben.

Zie ook deze uitstekende post van Raymond Snijders voor meer achtergrondinformatie over de EBLIDA-campagne en het uitlenen van e-books door bibliotheken.