Het onderwijsproject Nieuwscheckers bestaat tien jaar. Studenten van de studierichting Journalistiek en Nieuwe Media van de Universiteit Leiden leren er factchecken. Maar Nieuwscheckers heeft ambities. Mede-initiatiefnemer en docent Alexander Pleijter vertelt.
Door: Ronald de Nijs
Redactie
‘In essentie is de opzet van Nieuwscheckers in de afgelopen tien jaar niet veranderd. We zijn ooit begonnen als onderwijsproject, bedoeld om studenten journalistieke vaardigheden bij te brengen. Maar we hebben de ambitie om er meer van te maken, want het nadeel van een onderwijsproject is dat je pas kunt factchecken als je een groep studenten hebt. Daarom willen we een redactie vormen, zodat we het hele jaar door aan het werk kunnen.’
Factcheck.org
‘Onze droom is een organisatie zoals het Amerikaanse Factcheck.org met betaalde medewerkers. Factcheck.org richt zich vooral op politieke onderwerpen; ons aandachtsgebied is veel gevarieerder. Het zou mooi zijn als Nieuwscheckers een Nederlandse evenknie zou kunnen worden.’
‘Om dit werkelijkheid te laten worden, zijn we druk bezig met het vinden van fondsen. Dat is lastig want het betreft veelal projectgelden, geen structurele inkomsten. In elk geval willen we graag factchecken tijdens de komende Europese Parlementsverkiezingen. Omdat we dan geen onderwijsproject hebben lopen, zijn we via SteunLeiden.nl een crowfundingcampagne gestart. Op die manier hopen we een betaalde kracht aan het werk te zetten.’
Impact
‘De lezersaantallen op onze site zijn, eerlijk gezegd, aan de lage kant. Dagelijks zien we zo’n driehonderd mensen langskomen, afhankelijk van of we iets over een nieuwe factcheck hebben gepubliceerd. Hoewel we onze onderzoeksresultaten ook onder de aandacht brengen via social media, zien we dat mensen die berichten wel lezen maar het veelal nalaten om door te klikken. Heel gek is dat niet, want de kop laat vaak al zien dat een bericht in de media onjuist is.’
‘Wél hebben we steeds meer impact op de mediaredacties in Nederland. Op het moment dat we een bericht “kapotgecheckt” hebben, gebeurt het steeds vaker dat de media de betreffende berichtgeving rechtzetten. Bovendien vermelden ze er dan bij dat uit onderzoek van Nieuwscheckers is gebleken dat de berichtgeving niet klopt. Onze naamsbekendheid is daardoor de laatste tijd flink toegenomen.’
Onderzoek
‘De redacties bereiken we dus wel, maar je wilt ook op het netvlies van de mensen staan. En dan bedoel ik vooral die mensen die een bepaald nieuwsfeit geloven terwijl het helemaal niet klopt. In de praktijk is het bereiken van die groep mensen tamelijk lastig, zo laat een recent onderzoek van de Universiteit van Amsterdam zien. In dit onderzoek werd onderzocht of factchecking wel of niet werkt. Een van de uitkomsten was dat mensen na het lezen van een factcheck van gedachten kunnen veranderen en ervan overtuigd kunnen worden dat het nieuws onjuist is.’
‘Tegelijkertijd bleek ook dat mensen een factcheck níet gaan lezen als die indruist tegen hun eigen overtuiging. Dus als iemand negatief staat tegenover vluchtelingen, en hij of zij ziet een factcheck waarin een negatief artikel over vluchtelingen wordt weerlegd, dan gaat die persoon die factcheck niet lezen.’
Uitdaging
‘Het is voor ons een uitdaging om mensen toch zover te krijgen. We zijn nu bezig met het bedenken van andere formats die aantrekkelijk zijn om te bekijken. Je kunt bijvoorbeeld een internetmeme maken: een foto of video die viraal wordt verspreid en waarin groot vermeld staat dat het een hoax of nepnieuws betreft.’
Meeste aandacht
‘In de afgelopen tien jaar heeft onze factcheck van een bewering van politicus Geert Wilders de meeste aandacht gehad. Tijdens de Tweede Kamerverkiezingen in 2017 beweerde Wilders dat er op scholen alleen nog maar halalvoedsel zou worden geserveerd. Onze studenten hebben vervolgens meer dan honderd scholen gebeld om te vragen wat er in de kantine allemaal te koop was. Duidelijk werd dat Wilders’ uitspraak niet klopte. Deze factcheck kwam zelfs voorbij in een uitzending van het tv-programma Zondag met Lubach.’
In 2017 heeft Facebook ons gevraagd onderzoek te doen naar het bereik van Nederlands pulpnieuws via dit sociale medium. We hebben dat een jaar lang gedaan en het was heel interessant om te doen. We kregen hier vanuit Facebook geld voor, waardoor we personeel konden aannemen. Maar in 2018 kwam Facebook met een gewijzigd contract en daar kon de Universiteit Leiden zich niet in vinden. De onderhandelingen tussen beide partijen lopen nog steeds. We zijn er vanuit Nieuwscheckers niet bij betrokken, maar we vinden deze kwestie wel heel jammer.’
Pulpnieuwssites
‘In het jaar dat we voor Facebook berichten hebben gefactcheckt, kwamen we veel pulpnieuws tegen van sites waar we nog nooit van gehoord hadden. We zijn toen onderzoek naar dit soort pulpnieuwssites gaan doen. Daaruit is gebleken dat hun berichten een enorm bereik hebben. Meer dan vijf miljoen Facebookgebruikers hebben wel eens een bericht van zo’n site geliked, gedeeld of becommentarieerd. Dat is een verbazingwekkende score voor sites waarvan niemand eigenlijk de naam kent. De meeste mensen die we hebben ondervraagd lieten weten deze sites niet te kennen, maar ondertussen blijken ze ooit wel een nieuwsitem ervan te hebben geliked.’
Innovatie
‘Factchecken is arbeidsintensief. Een van de dingen die veel tijd kost is bijvoorbeeld het vinden van beweringen die je kunt factchecken. Je moet bijvoorbeeld talkshows bekijken en vele sites afstruinen. Wil je de politiek factchecken, dan dien je in de Tweede Kamer te gaan zitten en alle openbare vergaderingen bij te wonen. Anders gezegd: het zou heel handig zijn als je dat zoekwerk kunt automatiseren.’
‘Samen met collega’s van de universiteiten van Antwerpen en Leuven werken we aan het project Factrank. Het idee is om een algoritme te ontwikkelen dat kan herkennen wanneer er feitelijke beweringen gedaan worden en dat ook kan bepalen of dat relevante beweringen zijn om te factchecken. Zo’n zelflerend algoritme kun je ontwikkelen met kunstmatige intelligentie. Het zou toch geweldig zijn wanneer je als factchecker bij wijze van spreken elke ochtend een lijstje krijgt met de meest relevante feitelijke bewerkingen die de dag ervoor in de Tweede Kamer of op tv zijn gedaan.’
Handwerk
‘Je kunt andere dingen ook enigszins automatiseren, bijvoorbeeld door een bewering te koppelen aan een database met factchecks die in het verleden zijn gedaan of met databases van een organisatie als het Centraal Bureau voor de Statistiek. Daar valt nog winst te behalen, denk ik. Maar op dit moment zijn we hier nog niet mee bezig. Voorlopig blijft factchecking nog handwerk.’
Ronald de Nijs is eindredacteur van IP.
Deze bijdrage komt uit IP nr. 2 / 2019. Het gehele nummer kun je hier lezen.