Levensechte chat
Dankjewel, Princeton-student Andrew Tian, voor GPTZero. ‘Humans deserve the truth’, zoals hij aangeeft. Met zijn gratis app kun je detecteren of een tekst door ChatGPT is gemaakt of niet. Onderzoekslab OpenAI introduceerde, met een mooi belang van Microsoft, in november 2022 ChatGPT – alvast als opstapje naar een verdere integratie met Bing en MS 365 suite. Handig, zeker omdat Microsoft dankzij telemetriegegevens kan zien wat je maakt, typt en deelt in jouw ‘suite’.
Intussen komt GPT-4, de opvolger van OpenAI’s taalmodel GPT-3, eraan. Niet met de schamele 175 miljard parameters van ChatGPT, maar met een comfortabele 100 triljoen. Mindblowing, volgens de makers op LinkedIn. Deze tool kan op basis van alle al bestaande teksten die in de digitale wereld rondzwerven eigen originele teksten fabriceren. Levensecht, zonder fouten, zonder tekstuele ziektes.
De ethische vraag is natuurlijk: zijn deze teksten wel ‘levend’, hebben ze een ziel? Of zijn ze juist de spiegel van onze menselijke ziel? Zijn ze net zo echt als dat AI-schilderij en die niet-bestaande gezichten, samengesteld uit miljarden stukjes van onze foto’s die we delen via sociale media?
Zwart gat overheidsarchivering
Voordelen te over. Uittreksel van een boek? Zo gemaakt. Antwoorden op e-mails? Zo geschreven. Blog- of workshopsuggesties? GPT-4 kan het beter en sneller bedenken dan een gemiddelde docent. En nog een mooie toepassing: het zwarte gat in de archivering bij de overheid (vanaf begin deze eeuw hebben we heel veel documentatie op netwerkschijven laten landen zonder enige inrichting van een bewaar- en archiveringsproces en ondersteunende middelen …). GPT-4 kan met enkele snelle routines leren welke documenten toch nog archiefwaardig zijn.
Artificieel communiceren
Nadelen? Als miljoenen GPT-4-fans wereldwijd artificieel communiceren, gaan al die teksten ook weer deel uitmaken van onze menselijke geschiedenis. Input voor GPT-5 en GPT-6 … En wat als bibliotheken straks volstaan met geautomatiseerd geschreven teksten die vooral worden gelezen door, tja, zichzelf? Wie nog een originele tekst kan voortbrengen, mag zich bij de redactie melden.
Ondertussen sla ik de digitale krant open om te kijken wat hun AI-tekstmachines me voorschotelen. Hé, zie ik daar nu ineens deze column staan?
GPT
Wouter Bronsgeest, duovoorzitter van de KNVI.
Crashende democratie heeft reset nodig
2022 was geen makkelijk jaar. Uiteraard speelden externe factoren hierin een belangrijke rol. We hadden het coronavirus nog niet achter ons gelaten of de Russische aanval op Oekraïne zou losbarsten, met grote gevolgen voor de stabiliteit en de welvaart op ons continent.
Dichter bij huis kreeg ons kabinet te maken met hoofdpijndossiers als het stikstofbeleid, de asielinstroom, het energieplafond en het woningtekort. Over digitalisering ging het in Den Haag dan ook amper, al waren de Werkagenda Digitalisering, Strategie Digitale Economie en Nederlandse Cybersecuritystrategie wel drie lichtpuntjes vanwege de samenhangende benadering met oog voor de lange termijn. Het wordt interessant om te zien hoe de uitvoering hiervan dit jaar vorm krijgt.
Crisissfeer
Het hele jaar hing er een crisissfeer. Maar afgezien van de energiecrisis was er in alle gevallen sprake van een sluimerend probleem dat de politiek jarenlang voor zich uitschoof. Een probleem dat in 2022 begon op te spelen en waar het gedwongen-huwelijk-kabinet en/of de versplinterde Kamer zich – opnieuw – onmachtig toonde. Intussen nam de publieke verontwaardiging zorgelijke vormen aan in de vorm van intimiderende protesten en online haat. Nooit eerder was het vertrouwen in democratische instituties zo laag en werden zo veel politici bedreigd.
Zo werd 2022 het jaar waarin onvermogen en geldingsdrang hand in hand gingen; te veel willen ging vaak gepaard met te weinig kunnen. Dit is een risicovolle combinatie die uiteindelijk zelfs onze democratie in gevaar kan brengen. Ik zal uitleggen waarom ik dit schrijf.
Drie grote systeemfouten
Het is nu bijna twee jaar geleden dat ik afzwaaide als Tweede Kamerlid. Jarenlang boog ik me over de vraag waarom de politiek zo weinig sturing geeft aan digitale technologieën die onze samenleving zo ingrijpend veranderen. Eind 2021 besloot ik hier een boek over te schrijven en in de loop van 2022 kwam ik tot een zorgwekkend inzicht: de politiek heeft weliswaar amper grip op digitalisering, maar andersom heeft digitalisering wel de politiek in haar greep gekregen.
Hoe dit precies in zijn werk is gegaan sinds het einde van de jaren tachtig en hoe de pc, het internet en de smartphone uiteindelijk hebben geleid tot drie grote systeemfouten die onze democratische rechtsstaat en politieke besluitvorming hebben aangetast, kun je lezen in mijn boek De democratie crasht dat vorige maand is uitgekomen.
Patronen doorbreken
Een van de gevolgen ken je nu al, namelijk de samenzang van geldingsdrang en onvermogen in het digitale tijdperk. Waarin ministers met data alles willen controleren en vervolgens burgerrechten schenden. Waarin de Kamer een recordaantal van vijfduizend moties indient, maar geen stempel op het beleid weet te drukken. En waarin politici 24/7 doorwerken en permanent online zijn om uiteindelijk om te vallen van totale vermoeidheid. Dit zijn problematische patronen die we in 2023 moeten gaan doorbreken. In mijn volgende column kom ik met een aantal suggesties.
Kees Verhoeven, voorzitter raad van advies van de KNVI.
Deze bijdrage komt uit het digitale magazine IP #1-2023. Klik op de onderstaande button om het hele nummer te lezen.