De bijna terloopse ontdekking van een schattig klein cameraatje op een reclamezuil op een NS-station veroorzaakte een maand of wat geleden grote consternatie. Mediabedrijf Exterion had namelijk op meerdere treinstations, met toestemming van de NS, reclameborden met camera’s geplaatst, volgens het bedrijf zelf om te observeren of passanten naar de advertenties kijken en om kenmerken van die passanten vast te leggen.
De digitale schermen blijken ook al langere tijd in winkelcentra door bezoekers te bewonderen te zijn (en vice versa). Reuze handig om reclame op maat te kunnen tonen! Naast het onprettige gevoel dat je zonder waarschuwing in een publieke ruimte gefilmd kunt worden alarmeerde het statement van de enthousiaste partners ook om een andere reden: het gaf blijk van het behandelen van medeburgers als niet meer dan een commercieel databommetje.
Bedrijven – maar ook onze overheid zelf – zijn burgers steeds meer gaan zien als leveranciers van data die voor allerlei handige doeleinden te gebruiken zijn: veiligheid, efficiëntie en vooral het binnenhalen van bakken geld. Ik beveel het coverartikel over het datatoveren van Amazon van harte aan.
Het is de andere zijde van de ontegenzeggelijke voordelen die onze datadriven samenleving met zich meebrengt. Het is een onderwerp dat je in deze aflevering op meerdere plekken zult tegenkomen. Ook in onze jaarlijkse KNVI-Jaarcongresspecial (die in deze editie van IP is opgenomen) komen beide kanten uitgebreid aan bod. Het thema van het congres dit jaar is ‘Informatie is macht’, maar als je zelf het object van die informatie bent creëert informatie soms ook een ongemakkelijk gevoel van onmacht.
Gelukkig gebeuren er ook heel veel prachtige inspirerende dingen. Het digitaal ontsluiten van collecties muziekarchieven biedt bijvoorbeeld veel nieuwe mogelijkheden voor onderzoekers en musici, zoals te lezen valt in het artikel van Moira Meijer. Op 28 oktober vindt in de Centrale Bibliotheek Den Haag een congres plaats waar je kunt horen wat er op dat gebied verder allemaal gebeurt.