Vele gevangenen maken pas tijdens hun detentie voor het eerst kennis met een bibliotheek. En die blijkt dan niet alleen een bron van kennis, maar ook een plek om even niet aan een gevangenis te denken. Bezuinigingen en sluitingen van penitentiaire inrichtingen maken de toekomst van de bibliotheken echter onzeker.
Door: Ronald de Nijs
‘De bibliotheek als apotheek’ luidt de titel van een gedicht dat een gedetineerde ooit schreef voor de bibliotheek van ‘zijn’ penitentiaire inrichting. Lezen werkt voor hem rustgevend in tijden van stress, ‘als een aspirientje tegen koppijn’. Ook het bibliotheekbezoek zelf is van belang, geeft bibliothecaris Ien* van de Penitentiaire Inrichting (PI) Almere aan. ‘Wij lopen niet in uniform. Hier kan men even gaan zitten zonder direct aan een gevangenis te denken.’ Haar collega Manja, eveneens bibliothecaris, voegt daaraan toe: ‘Gedetineerden kunnen zelfstandig in de collectie zoeken, informatie inwinnen of om een kopie vragen. Maar ook: lezen aan de leestafel of een spelletje doen. Het sociale aspect is heel belangrijk.’ Sinds 1996 werken Ien en Manja in deze bibliotheek, bijgestaan door een bibliotheekmedewerker.
‘Je hebt de harde kant van de inrichting: gedetineerden worden vastgezet en krijgen een dagprogramma opgelegd,’ legt Manja uit. ‘Daarnaast er is een zachte kant, vertegenwoordigd door het werk van onder andere de bibliothecarissen, sporters, geestelijk verzorgers, onderwijzers en degenen van de kunstzinnige vorming. Het uiteindelijke doel van al die inspanningen is om gedetineerden te helpen om meer inzicht in zichzelf te krijgen en om ze voor te bereiden op een terugkeer naar de maatschappij.’
Stimuleren
Gedetineerden hebben niet alleen recht om kennis te nemen van het nieuws, ook hebben ze recht op een wekelijks gebruik van een bibliotheekvoorziening; dat laatste kan in de vorm van een boekenkar of een fysieke bibliotheek zijn. Dit recht is vastgelegd in de Penitentiaire Beginselenwet. Ien: ‘Gedetineerden mogen in de PI Almere één keer per week één uur – in een groep van maximaal vijftien mensen – de bibliotheek bezoeken. Door die frequentie leer je ze wel kennen. We proberen ze te stimuleren om een cursus of een opleiding te volgen. We zijn soms net maatschappelijk werkers. Als we merken dat iemand even niet lekker in zijn vel zit, proberen we een praatje te maken. Dat wordt enorm gewaardeerd. Soms seinen we ook wel eens iemand van de geestelijke zorg in.’
‘De sfeer is altijd prima,’ zegt Manja. ‘Ook al zijn het vaak mannen die moeilijk gezag accepteren, ik kan eigenlijk alles tegen ze zeggen – mits ik dat doe vanuit een grondhouding van respect.’ Ien: ‘Er is altijd een bewaarder aanwezig. In al die tijd dat ik hier werk, is er nooit wat gebeurd.’
Nieuwe diensten
Wilma, bibliothecaris bij de bibliotheek van de PI Alphen aan den Rijn, probeert het de gedetineerden zo makkelijk mogelijk te maken. Zo zegde ze tien jaar geleden de SISO code vaarwel, want ‘te ingewikkeld voor de bezoekers’. In plaats daarvan gebruikt de bibliotheek nu als classificatiesysteem PIM, waarbij pictogrammen centraal staan.
Wilma werkt al veertig jaar in het bibliotheekvak, waarvan ruim een decennium bij de PI Alphen aan den Rijn. Ze bedenkt steeds weer nieuwe diensten. Zo heeft ze posters met hagelwitte stranden en een ondergaande zon of met werken van Escher laten plastificeren. Gedetineerden kunnen ze lenen om in hun cel aan de muur te hangen. ‘De collectie bestaat dus – net als bij sommige andere bibliotheken – niet alleen uit boeken,’ benadrukt Wilma. Bezoekers kunnen in Alphen aan den Rijn ook terecht voor legpuzzels en kruiswoordpuzzels, sudoku’s en woordzoekers, taalcursussen, tekendozen en leesbrillen.
Een keer per maand kunnen de gedetineerde vaders – bijgestaan door vrijwilligers van de geestelijke verzorging – een verhaaltje uit een kinderboek voorlezen. Dat wordt gefilmd en op een cd gebrand. Als het filmpje is nagekeken op eventuele verborgen boodschappen, gaat de cd naar het thuisfront van de gedetineerde. ‘Zo komt iemand dan toch nog “thuis” bij zijn kinderen,’ zegt Wilma, die dit initiatief oppakte naar een Brits voorbeeld. De bibliotheek helpt de gedetineerden bij het uitkiezen van de boeken en bij het oefenen met voorlezen.
Steunpunten Buitenlandse Talen
Populair zijn gedichtenbundels (‘die worden vaak overgeschreven in brieven naar het thuisfront’), maar ook zelfhulpboeken (‘soms aangeraden door een psycholoog’), reisgidsen, biografieën (‘die van Holleeder maar ook die van Mandela zijn zeer geliefd’) en zelfs kookboeken (‘een deel van de gedetineerden mag op de afdeling zelf koken’). ‘We zijn net een openbare bibliotheek in het klein,’ aldus Ien van PI Almere. ‘Als we over een onderwerp niets hebben, zoek ik het op internet op en geef ik een paar uitdraaien mee. Gedetineerden kunnen in de bibliotheek op de pc alleen een encyclopedie raadplegen en spelletjes doen; ze hebben hier geen toegang tot internet.’
De collectie telt meer dan twintig talen, waaronder zo’n vierhonderd Tsjechische titels. Dit is een zwaartepunt in de collectie, aldus Manja. ‘Er is een Werkgroep Steunpunten Buitenlandse Talen, bestaande uit een paar bibliothecarissen, die zorgt voor de verdeling van de landelijke collecties van veertig vreemde talen over de PI-bibliotheken. Een onderling leenverkeer dus. Het hoofdkantoor Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI) stelt jaarlijks budget beschikbaar voor de instandhouding van dit systeem. Krijg je bijvoorbeeld een Chinese gedetineerde over de vloer, dan kun je de betreffende bibliotheek vragen om een doosje Chinese boeken op te sturen.’
Nog geen ebooks
De stap naar het beschikbaar stellen van ebooks moet de komende jaren gaan plaats vinden, aldus Manja. ‘Ik heb net op basis van input vanuit het hele land een voorstel gemaakt waarover we gaan praten.’ Wilma wil graag ebooks aan de collectie toevoegen, maar vooralsnog mag er nog geen usb-stick of telefoon de PI binnenkomen; computers zijn bovendien beveiligd. Door de strenge beveiligingseisen gaan de digitale vernieuwingen langzaam, zegt Wilma. Maar, benadrukt ze, met ebooks alleen ben je er nog niet. ‘Gedetineerden hebben soms nog nooit een bibliotheek van binnen gezien. We moeten hen dan bij de hand nemen om ervoor te zorgen dat ze ertoe komen een boek te lezen. Als bibliothecaris spelen we een rol in de weg daarnaartoe.’
Bezuinigingen
‘Er ligt een landelijk plan om de bedrijfsvoering in de bibliotheken meer technisch te ondersteunen,’ zegt Peter Baaijens, vestigingsdirecteur van de PI Middelburg. In dit vooralsnog ‘grofmazige plan’ wordt bijvoorbeeld gedacht aan een device, waarop gedetineerden ebooks kunnen lezen, in beperkte mate op internet kunnen en misschien zelfs wel afspraken met hulpverleners kunnen maken en tv kijken.
Baaijens verwijst voor het plan naar het onlangs gelanceerde ebookplatform Bibliotheek.nl waar leden van de openbare bibliotheek ebooks kunnen lenen. Ook al zijn er nu nog maar 5000 titels, hij gaat ervan uit dat het aanbod snel zal toenemen. De gedetineerden zouden hiervan gebruik kunnen maken. Dat maakt de bibliotheken overbodig, verwacht Baaijens. Alleen voor de buitenlandse talen zou nog één fysieke bibliotheek nodig zijn.
Voor de andere taken die de bibliotheken verzorgen, kunnen vrijwilligers worden ingezet. ‘Zij kunnen ongeletterde gedetineerden helpen met het (leren) lezen – en ook de gedetineerden kunnen elkaar hierbij bijstaan,’ meent Baaijens. Zijn visie is duidelijk: ‘We gaan zakelijker naar het product detentie kijken. De meeste gedetineerden zitten gemiddeld maar drie maanden. Moeten we daarvoor dan allerlei diensten ontwikkelen?’
Het plan is ingegeven door bezuinigingen. De penitentiaire inrichtingen staan namelijk aan de vooravond van een grootscheepse reorganisatie en bezuinigingsoperatie. Zo wil het ministerie van Veiligheid en Justitie ‘capaciteit’ afstoten en Elektronische Detentie (ED) invoeren. Ook is er sprake van een ‘intensivering’ van het aantal meerpersoonscellen, waardoor de vraag naar het aantal benodigde cellen afneemt. Het totaal aantal plaatsen binnen de muren zal met 13,3 procent afnemen tot 10.917 in 2018, zo valt in het ‘Masterplan Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI) 2013 2018’ te lezen.
En/en
Als het aan Victor Karman ligt, blijven de fysieke bibliotheken in de PI’s bestaan, maar dan vergezeld van een digitale bibliotheek. Karman is hoofd BOS (Bibliotheek, Onderwijs, Sport) bij de PI Middelburg en heeft hier de leiding over bibliotheek, onderwijs, sport en creatieve expressie. Het plan van zijn vestigingsdirecteur Baaijens is ingegeven vanuit bezuinigingen, bevestigt Karman. ‘Dat er bezuinigd moet worden is evident, maar in mijn optiek is het belangrijk dat het bibliotheekbezoek als groepsactiviteit blijft bestaan. Met de nieuwe koers van het zogeheten DBT (dagprogramma, beveiliging en toezicht op maat) streven we naast een grote verantwoordelijkheid van de gedetineerde ook een gedragsverandering na. Dit kan volgens mij alleen als een gedetineerde hierin oefent. De bibliotheek is hiervoor een geschikte locatie.’
Karman ziet bij sommige bibliotheken een wildgroei aan activiteiten. ‘Bibliotheken moeten zichtbaar maken waar ze voor staan: lezen en informatie/kenniscentrum. Dat is de kerntaak waar ze zich op dienen te richten.’ Bovendien moeten bibliotheken met hun tijd meegaan en de digitale ontwikkelingen omarmen. Ook Karman verwijst hierbij naar het ebookplatform Bibliotheek.nl.
Samen met twee andere hoofden BOS heeft Karman de landelijke PI-bibliotheken in portefeuille. Gezamenlijk schuiven ze aan bij overleggen van de vakgroep Bibliotheek waarin de bibliothecarissen van de PI’s zitting hebben. Die laatste taak hebben ze overgenomen van de landelijke contactpersoon voor bibliotheken omdat vanuit het hoofdkantoor naar een andere overlegstructuur werd gezocht. Maar het is ook een bezuiniging, zegt Karman.
Tot slot
De discussie over de invulling en het voortbestaan van PI-bibliotheken lijkt gestart. De toekomst zal uitwijzen of de fysieke bibliotheken overeind blijven en dat ze niet worden vervangen door een device. Wordt dat laatste het geval, dan zou Nederland een stap terug doen, terwijl Vlaanderen (zie kader) juist een flinke stap vooruit heeft gedaan. Zeker is wel dat verschillende PI’s de komende jaren hun deuren sluiten en de daar werkzame bibliothecarissen en bibliotheekmedewerkers hun baan zullen verliezen.
Volgens de huidige plannen blijven PI Almere en PI Alphen aan de Rijn vooralsnog open. Bibliothecaris Wilma van PI Alphen aan de Rijn over de betekenis van haar werk: ‘Het mooiste is wel als gedetineerden voor een laatste keer in de bibliotheek komen – omdat hun tijd erop zit –, me een hand geven en zeggen dat ze het waarderen dat ze nu hebben ontdekt dat lezen zo leuk kan zijn. Dat maakt dit werk zinvol.’
* In penitentiaire inrichtingen worden voor medewerkers geen achternamen gebruikt.
Ronald de Nijs is eindredacteur van InformatieProfessional.
In cijfers
Nederland telt 29 penitentiaire inrichtingen (PI’s). Sommige PI’s zijn gevestigd op verschillende locaties die elk een eigen bibliotheek hebben. In totaal heeft Nederland 39 bibliotheken in penitentiaire inrichtingen voor volwassenen. Hiervan wordt er één beheerd door de openbare bibliotheek Leeuwarden. PI Lelystad heeft geen bibliotheek maar een bibliotheekvoorziening in de vorm van een boekenkar, beheerd door de plaatselijke OB. Alle PI’s en bijbehorende bibliotheken vallen onder de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI), een agentschap van het ministerie van Veiligheid en Justitie.
In de bibliotheken werken circa 75 bibliothecarissen en bibliotheekmedewerkers (deze laatsten hebben veelal geen gerichte vakopleiding). Zij zijn in dienst van de DJI; vier ervan hebben een dienstverband bij de OB ter plaatse. De omvang van de collecties varieert van enkele duizenden tot een kleine 10.000 banden. Sommige bibliotheken lenen ook muziek-cd’s, muziekinstrumenten, spellen, puzzels en tekenen verfdozen uit.
‘ In Vlaanderen gaat het de goede kant op’
Door: Reginald Deschepper
In België is de situatie van de gevangenisbibliotheken vrij complex. Gevangenissen zijn een kwestie van de federale overheid die bevoegd is voor het beleid over heel België. Bibliotheken behoren tot het domein van cultuur en dat is dan weer in handen van de regionale Gemeenschappen. Het gevolg is dat je niet zomaar kunt spreken over de ‘Belgische gevangenisbibliotheken’ maar dat de situatie in Vlaanderen, Brussel en Wallonië verschilt.
In Vlaanderen zijn er momenteel zeventien gevangenissen. Bijna twintig jaar geleden zag de situatie er niet goed uit. De gevangenissen hadden wel een collectie boeken maar, zo concludeerde een rapport van Ina Vanderborght uit 1996: een echte bibliotheekwerking was er niet. Problemen waren er op het vlak van personeel en werking, catalogi, begeleiding, enzovoort. In die jaren moesten gedetineerden zich tevredenstellen met het schriftelijk aanvragen van boeken en dan maar hopen dat ze iets kregen dat hen beviel.
Als reactie op die schrijnende situatie werd er in de gevangenis van Brugge een pilotproject gestart. Daardoor konden de gedetineerden zelf naar de bibliotheek komen om er hun boeken uit te kiezen. Er was een computer met bibliotheeksoftware, catalogi die ter plaatse konden geraadpleegd worden en er werden op vaste momenten voor de vrouwen en de mannen – afzonderlijke! – bibliotheekbezoeken georganiseerd. Ook in enkele andere Vlaamse gevangenissen onderging de bibliotheekwerking een ware metamorfose. Een algemeen euvel was wel dat dit vooral afhing van lokale initiatieven en welwillendheid. Bovendien bleef de situatie onzeker omdat er geen echte planning op wat langere termijn mogelijk was.
In 2008 werd er een belangrijke stap vooruit gezet met het ‘Participatiedecreet’ dat als hoofdbedoeling had iedereen de mogelijkheid te geven om te participeren in cultuur in zijn diverse aspecten. Dit decreet beoogde vooral de ietwat vergeten groepen te stimuleren. Als gevolg daarvan werd aan alle gemeenten met een gevangenis gevraagd om een concreet plan op te stellen om de bibliotheekwerking in de plaatselijke gevangenis te professionaliseren. In ruil daarvoor werd er een aanzienlijk budget ter beschikking gesteld. Daarmee kon men bijvoorbeeld een halftijdse bibliotheekmedewerker aanstellen en een behoorlijke collectie neerzetten. De afgelopen vijf jaar hebben alle Vlaamse gevangenissen hun bibliotheekwerking grondig kunnen verbeteren. Bijzondere aandacht werd gegeven aan laaggeletterden en anderstaligen. Een bijkomend effect was dat er nu een vijftiental (deeltijdse) gevangenisbibliothecarissen zijn met een professionele opleiding. Kortom: het gaat de goede kant op, maar er is nog werk aan de winkel.
Reginald Deschepper is medisch antropoloog bij de Vrije Universiteit Brussel en bibliothecaris in het Penitentiair Complex Brugge.
Deze bijdrage komt uit IP nr. 2 / 2014. Het gehele nummer kun je hier lezen