Vanaf 9 mei laat tentoonstelling Zonnestraal, Schip op de heide de geschiedenis zien van het wereldberoemde, gelijknamige Hilversumse sanatorium van de architecten Jan Duiker en Bernard Bijvoet. Het Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis (IISG) beheert vele Zonnestraal-objecten. Een selectie ervan wordt nu in bruikleen gegeven voor deze tentoonstelling in Museum Het Schip te Amsterdam.
Zowel Arbeiderspaleis Het Schip (1919) als Zonnestraal (1928) zijn tot stand gekomen door sociale bevlogenheid en een vooruitgangsgeloof. De verschijningsvorm – de architectuur – lijkt heel verschillend. Toch stralen beide gebouwen dezelfde idealen uit.
Net als bij Het Schip kwam het initiatief voor Zonnestraal uit de arbeidersbeweging. De Algemene Nederlandse Diamantbewerkersbond (ANDB) zocht oplossingen voor de slechte werkomstandigheden en de wijdverbreide tuberculose-epidemie. Daarmee was de bond met dezelfde missie bezig als de woningbouwcoöperaties: het verbeteren van de positie van de arbeider.
Over de tentoonstelling
De tentoonstelling vertelt het sociale verhaal achter Zonnestraal. Jan van Zutphen (links op de foto), de drijvende kracht achter het Sanatorium, zorgde ervoor dat het bekostigd werd door de verkoop van koperen stelen en zuiver diamantstof; afvalproducten van het diamantbewerkingsproces.
Er zijn bijzondere objecten te zien, zoals een buste van Jan van Zutphen, van beeldhouwer Gerrit van der Veen en een door de beroemde Berlage ontworpen vaandel van de diamantbewerkersbond. Daarnaast geeft de tentoonstelling een beeld van het verblijf in het sanatorium waar men ook werkplaatsen had om bijvoorbeeld meubels en speelgoed te maken.