Afhankelijkheid van grote zoekmachines is volgens een Amerikaanse wetenschapper een gevaar voor de democratie.
Google heeft als motto ‘Don’t be evil’. Zouden gebruikers het merken als de zoekmachine wel kwaad zou doen? De Amerikaanse psycholoog Robert Epstein, gastonderzoeker aan University of California, San Diego, heeft een serie experimenten opgezet om te bestuderen hoeveel invloed en macht Google zou kunnen hebben. In zijn tests heet de populaire zoekmachine, die in sommige Europese landen door 95 procent van de internetters wordt gebruikt, ‘Kadoodle’.
Volgens Epstein kan Google bijvoorbeeld de verkiezingsuitslagen heel gemakkelijk beïnvloeden door de volgorde van de zoekresultaten te wijzigen. Als ‘Kadoodle’ bijvoorbeeld negatieve zoekresultaten over een presidentskandidaat een lagere waardering geeft en positieve sites en artikelen hoger plaatst in de ranglijst, kan dat een groot effect hebben op de uitkomst van een verkiezing.
Zoekende kiezers zouden volgens Epstein niets van de manipulatie merken omdat zij ervan uitgaan dat de zoekresultaten kloppen. Er zijn geen aanwijzingen dat Google of een andere zoekmachine verkiezingen of andere gebeurtenissen wil manipuleren, maar Epstein maakt zich zorgen over de afhankelijkheid van burgers van grote internetbedrijven zoals Google. De psycholoog vraagt zich af of de overheid zich niet met zoekmachines zou moeten bemoeien om de onafhankelijkheid van zoekresultaten te garanderen.
Hoe machtig Google is, heeft Epstein vorig jaar zelf ervaren toen zijn website gehacked was en Google een veiligheidswaarschuwing gaf aan mogelijke bezoekers van de site. Epstein vond dat het zoekbedrijf zich niet met de toegang tot zijn site moest bemoeien.
Onderzoek Robert Epstein: bit.ly/16kTa8z
Deze bijdrage komt uit IP nr. 4 / 2013. Het gehele nummer kun je hier lezen