Door: Geert-Jan van Bussel
In 2011 publiceerde internetactivist Eli Pariser The filter bubble: What the internet is hiding from you, een veelgeprezen, maar ook zeer bekritiseerd boek over de ‘informatiebubbel’. Pariser beweerde dat websitealgoritmes, zoals die van Google, door middel van personalisatie selectief proberen te bepalen welke informatie gebruikers willen zien, waarbij ze weinig (of geen) informatie zien die eigen standpunten tegenspreekt. Het gevolg daarvan is isolatie van gebruikers in hun eigen culturele en ideologische luchtbel.
In een artikel van december 2015 in Ethics and Information Technology stellen Engin Bozdag en Jeroen van de Hoven dat de ‘filter bubble’ daadwerkelijk een probleem is en dat algoritmes gemaakt om deze te bestrijden niet probleemloos werken. Een onderzoek van journalisten van het Eindhovens Dagblad begin januari van dit jaar gaf aan dat links-liberale journalisten en nieuwsmedia geen weet hebben van nieuwsinterpretaties die buiten hun eigen ideologische of politieke gedachtegoed worden geformuleerd. En omgekeerd. Maatschappelijk is zo’n informatiebubbel problematisch. Het leidt tot een nieuwe verzuiling.
Nog problematischer is het semantische informatiefilter, waarbij de door een auteur gebruikte (verhullende) taal het (on)mogelijk maakt te achterhalen of de verstrekte informatie ‘waar’ of ‘niet waar’ is. Of, misschien beter, ‘betrouwbaar’ of ‘niet betrouwbaar’. Semantische filters ontwaren (en ontwarren) is moeilijk.
Want wie weet dat als iemand een uitspraak doet over een zaak waar hij een belang in heeft en die uitspraak is ten voordele van die zaak, de kans dat de uitspraak waar is slechts 20 procent is? Of dat als van een groep van tien mensen er acht iets beweren dat in het belang is van de groep, en twee beweren het tegendeel, de kans dat die laatste twee gelijk hebben ongeveer 95 procent is? Of dat als de vorm van de boodschap belangrijker lijkt dan de inhoud, de boodschap onbetrouwbaarder is? Of dat als er emotionele uitspraken gedaan worden, de kans dat de uitspraken gelogen zijn meer is dan 75 procent?
Dit soort, door wetenschappelijk onderzoek onderbouwde feiten maakt betrouwbaarheid van het nieuws dat we dagelijks over ons heen gestort krijgen uitermate twijfelachtig.
De meeste informatiegebruikers verifiëren het ook niet. In 2006 stelde het Pew Internet & American Life Project vast dat de meeste gebruikers van sites met informatie over medicijnen en gezondheidszorg zelden of nooit de bron verifiëren of kijken naar de datum van de informatie. 75 procent van de gebruikers keek daar ‘soms’, ‘zelden’ of ‘nooit’ naar. Vergeleken met vergelijkbaar onderzoek in 2001 was dat percentage alleen maar gestegen. Ik heb geen gegevens gevonden die aantonen dat het percentage sindsdien is gedaald.
Informatie wordt gefilterd. Door algoritmes en door taalgebruik. Stap uit je zuil. Vraag door. Lees verder. En word geen papegaai zonder te verifiëren of dat wat je verspreid wel klopt.
De informatiebubbel van Pariser is slechts het topje van de ijsberg.
Geert-Jan van Bussel is ondernemer en lector Digital Archiving & Compliance bij de Hogeschool van Amsterdam
Deze bijdrage komt uit IP nr. 1 / 2017. Het gehele nummer kun je hier lezen.