Bibliotheek TextielMuseum werkt samen met afdeling educatie: leren in een museumbibliotheek

In het TextielMuseum werken de bibliotheek en de afdeling Educatie gezamenlijk aan een andere rol van de bibliotheek in de organisatie. Nieuwe vormen van educatie en gebruik van de bibliotheekcollectie staan daarbij centraal. Bibliothecaris Jantiene van Elk en medewerker Educatie Kim Cornelius vertellen over hun ervaringen.

Jantiene van Elk en Kim Cornelius

Het TextielMuseum in Tilburg beschikt over de grootste in textiel gespecialiseerde bibliotheek van Nederland. Het museum, sinds 1986 gehuisvest in een voormalige textielfabriek, toont textiel vanuit verschillende disciplines: design, kunst, techniek en geschiedenis. Alles draait daarbij om het productieproces van textiel. Het hart van het museum is het zogenaamde TextielLab. In samenwerking met productontwikkelaars kunnen ontwerpers en kunstenaars hier op computergestuurde machines nieuw textiel ontwikkelen. Het TextielMuseum is daardoor een museum in bedrijf.

Vernieuwing

In 2010 opende de bibliotheek van het TextielMuseum binnen de museumgebouwen op een nieuwe locatie. De oude bibliotheek zat op een verborgen plek. Bezoekers moesten langs de toonbank van de museumwinkel, over een donkere trap naar boven. De bibliotheek bestond uit een werkruimte voor de bibliotheekmedewerkers, met een oude wiebelige tafel voor bezoekers. Achter een gesloten deur bevonden zich de boeken.

In de oude situatie gebruikten voornamelijk museummedewerkers de bibliotheek. De verhuizing naar een plek midden in het museum, boven een veelbezochte ruimte voor wisselexposities, maakte de bibliotheek veel toegankelijker voor andere bibliotheekgebruikers.

Voorafgaand aan de verhuizing van de bibliotheek is nagedacht over toevoegingen aan het bibliotheekaanbod. Een goede partner om hierover mee te denken was de afdeling Educatie. Niet alleen omdat de medewerker Educatie de bibliotheek zeer waardeerde, maar ook omdat zij inzag dat de bibliotheek een rol van betekenis kon spelen voor groepen bezoekers.

Educatie heeft op twee punten meegewerkt aan de nieuwe bibliotheek. Zo heeft zij meegedacht over de inrichting van de nieuwe bibliotheek. In het programma van eisen voor de ontwerpers (Merkx + Girod) kwam te staan dat er ruimte moest zijn voor groepen bezoekers. Er kwamen drie grote tafels waaraan minstens achttien personen plaats kunnen nemen. Daarnaast zijn er zes werkplekken voor individuele bezoekers gecreëerd. Ook heeft Educatie de bibliotheek ondersteund bij de ontwikkeling van de zogeheten Textielwarenkast, een kast met grondstoffen, halffabricaten en eindproducten van textiel.

Textielwarenkast

De afdeling Educatie en de bibliotheek bemerkten bij museumbezoekers een grote behoefte aan basisinformatie over (de diversiteit van) grondstoffen en hoe van de verschillende grondstoffen textiele garens en eindproducten worden vervaardigd. Bezoekers blijken veelvuldig informatie te zoeken over de eigenschappen en toepassingen van de diverse textielmaterialen. Maar internet biedt weinig goede, begrijpelijke informatie. Bovendien bestaan er geen actuele Nederlandse boeken over dit onderwerp. En behalve erover lezen is het voelen van de verschillende grondstoffen, de halffabricaten en de eindproducten belangrijk bij het leren over textiel en zijn eigenschappen.

Sinds 1986 beschikt het museum over een collectie grondstoffen en halffabricaten, afkomstig van het toenmalige TNO Vezelinstituut in Delft. Deze collectie is door een vrijwilliger opgeschoond en beschreven. Al langer bestaat de wens om die collectie in de vorm van een ‘materialenbank’ te presenteren aan bezoekers. In het collectiebeleidsplan ‘Collectie in beweging 2005-2008’ staan die plannen beschreven.

Als er in 2008 plannen worden gemaakt voor de nieuwe bibliotheeklocatie, komt het idee voor een materialenbank weer naar boven. Besloten wordt dat de collectie grondstoffen gepresenteerd zal worden in de bibliotheek. De materialenbank krijgt de naam Textielwarenkast. Textielwaren is een begrip dat in de eerste helft van de twintigste eeuw gebruikt werd voor materialenkennis van textiel. De Textielwarenkast bevat behalve verschillende grondstoffen ook halffabricaten en eindproducten. Bezoekers moeten de inhoud van de kast zoveel mogelijk kunnen aanraken.

Ontwerper Simone de Waart krijgt de opdracht om deze kast in te richten. Zij maakt een selectie uit de verzameling natuurlijke en kunstmatige grondstoffen van TNO en andere bedrijven. De vezelcollectie is aangevuld met grondstoffen die nu veel gebruikt worden in mode, interieur en andere toepassingen.

De Textielwarenkast is bedoeld voor zowel groepen studenten als individuele bezoekers. De lades kunnen uit het meubel worden gehaald en op de groepswerkplekken worden gezet. Zo kunnen drie à vier studenten tegelijkertijd de materialen voelen en bestuderen. Boven op de kast staan plexiglazen stolpen met bijzondere grondstoffen, eindproducten en stalen die uitnodigen de inhoud van de lades te bekijken.

Leren

Om educatieve groepen de waarde van de Textielwarenkast te laten ervaren, heeft Educatie voor zowel het voortgezet als het mbo-onderwijs een workshop ont­wikkeld. De workshop sluit aan op het curriculum en voorziet in een behoefte die op school niet makkelijk te realiseren is: de mogelijkheid om boekenkennis te verdiepen door middel van een tactiele en visuele ervaring. Voor deze doelgroep is het actief bezig zijn een voorwaarde voor leren.

Door opname van de bibliotheek in het educatieprogramma biedt het museum een bijzondere vorm van buitenschools leren aan. Leren op locatie in een bibliotheek is een vorm van non-formeel leren. Het leren is intentioneel georganiseerd en gestructureerd, maar speelt zich af in een ander institutioneel verband dan op school. Doordat het leren niet in de school plaatsvindt, maar op een plek waar de informatie in de context van bibliotheek/museum wordt aangeboden, heeft de leerstof direct betekenis voor de scholier/student. De omgeving waarin textiel in zoveel vormen te zien is, maakt nieuwsgierig. Een kast waarin materiaal op een aantrekkelijke manier wordt getoond en waar het materiaal aangeraakt mag worden, roept positieve emoties op. Dat maakt leren makkelijker en leuker. Bibliotheek De bibliotheek bediende al verschillende doelgroepen: museummedewerkers, zoals conservatoren en productontwikkelaars van het TextielLab, en individuele bezoekers, zoals Kunstacademiestudenten en museumbezoekers. Sinds de opening op de nieuwe locatie is de bibliotheek ook een plek voor scholieren en studenten.

Museumbezoekers weten de nieuwe bibliotheek steeds vaker te vinden. Ze zijn niet doelgericht op zoek naar informatie, maar nemen graag een kijkje in de Textielwarenkast en neuzen rond tussen de boeken. Door het gestegen bezoekersaantal kan de bibliotheek haar bestaan richting het management beter verantwoorden. Sinds de kast in gebruik is genomen, heeft de bibliothecaris er een taak bij gekregen: alle bezoekers wijzen op de kast, de lades die open mogen en de materialen die aangeraakt mogen worden. Bezoekers krijgen vaak extra informatie over de materialen, zeker als er groepen studenten zonder rondleider of kinderen in de bibliotheek komen.

Het verwijzen naar en informeren over de kast komt boven op de gebruikelijke bibliotheekdienstverlening. De verdeling van taken in de bibliotheek zal daarom binnenkort heroverwogen worden.

Tot slot

De bibliotheek van het Textielmuseum is niet alleen een verzameling boeken, maar ook een plek die actief gebruikt wordt om te leren. Behalve de eigen collectie maakt de bibliotheek materialen uit de museumcollectie toegankelijk voor bezoekers. Samen zullen Educatie en bibliotheek aan nieuwe mogelijkheden en programma’s voor de bibliotheek blijven werken.


20.000 boeken

De bibliotheek bevat 20.000 boeken over textiel. De boeken behandelen de geschiedenis van de textielindustrie, textieltechniek, beeldende kunst en textielvormgeving. Ook biedt de bibliotheek een plaats aan archiefcollecties van en documentatie over kunstenaars, vormgevers en textielbedrijven. Stalenboeken van textielbedrijven en werkschriften van de Textielschool behoren eveneens tot de collectie.


Verder lezen

Leertheorie

  • Els Hoogstraat, Annemarie Vels Heijn (2006). De leertheorie van Kolb in het museum: dromer, denker, beslisser, doener. Amsterdam: Museumvereniging
  • Zicht op… het nieuwe leren en cultuureducatie: achtergronden, literatuur en websites, tinyurl.com/at9g5w2

Textielwarenkast

  • Simone de Waart (2011). Textielwarenkast: grondstoffen voor textiel gisteren, vandaag en morgen. Tilburg: Audax Textielmuseum Tilburg

Bibliotheek TextielMuseum


Jantiene van Elk is bibliothecaris van het TextielMuseum.

Kim Cornelius is medewerker Educatie van het TextielMuseum.

Deze bijdrage komt uit IP nr. 3 / 2013. Het gehele nummer kun je hier lezen