Door: Geert-Jan van Bussel
In de informatiesector werken vele zzp’ers. Velen hebben daar zelf voor gekozen. Een grote groep uit nood: een vaste baan werd verloren en de hypotheek moet worden betaald. Dat leidt tot onwenselijke situaties.
In november 2016 schreef Ellen ter Gast, zzp-docent bio-ethiek aan de Universiteit Leiden, in de Volkskrant over de opmars van zzp’ers in het hoger onderwijs. Zzp-docenten zijn voordelig voor de onderwijsinstelling. Geen loonheffingen. Geen risico bij ziekte. Alleen productieve uren worden betaald. Professionele ontwikkeling is voor rekening van de zzp’er: die houdt immers zelf zijn/haar vak bij. De onderwijsinstelling bepaalt hoeveel uren in rekening kunnen worden gebracht en het maximale bedrag per uur. 40 à 45 euro per uur wordt voor zzp-docenten ‘normaal’ geacht. Het opbouwen van een pensioen en een arbeidsongeschiktheidsverzekering wordt zo goed als onmogelijk.
Zzp-docenten worden niet eens slecht betaald: veel zzp’ers moeten tevreden zijn met tarieven van rond 10 en 15 euro per uur. Vastgesteld door de opdrachtgever, met arbeidsomstandigheden die volledig door ‘de baas’ worden bepaald. Dat deze zzp’ers geen ondernemer zijn staat buiten kijf. Vele nood-zzp’ers staan in een gezagsverhouding ten opzichte van hun opdrachtgever.
Dit lijkt op de omstandigheden waaronder nood-zzp’ers in ICT, informatieadvies of archiefwerk werken, al zijn de tarieven hier niet zó laag. Maar ook hier bepaalt niet de zzp’er zelf, maar de opdrachtgever wat er gewenst is en wat acceptabele tarieven zijn. Rijkswaterstaat vroeg in het AD voor een klus van twee maanden een inwerkperiode van twee weken ‘tegen het nultarief’. Diezelfde instelling verlaagde meerdere malen de tarieven voor ingehuurde zzp’ers. Bemiddelingsdiensten, koppelbazen die zzp’ers behandelen als uitzendkrachten, snoepen 10-15 procent van het uurtarief van zzp’ers af. Dat ook overheidsorganen de kosten drukken door gebruik te maken van dergelijke kapitalistische uitbuitingsconstructies is beschamend.
Op lange termijn lopen de opdrachtgevers aanzienlijke risico’s. Niet alleen omdat de wet deze schijnconstructies verbiedt of omdat ze reputatieschade oplopen. Vooral omdat ze zich zorgen moeten maken over de te betwijfelen vakinhoudelijke kwaliteit van deze onderbetaalde nood-zzp’ers. De eisen die aan de informatiehuishouding en de gebruikte systemen daarin worden gesteld in onder andere de Algemene Verordening Gegevensbescherming vereisen hoge kwaliteit. Dat in handen leggen van mensen die het vel over de oren is getrokken en die geen enkele loyaliteit naar de organisatie vertonen, is uitermate risicovol. Datalekken kunnen leiden tot gigantische boetes.
De verbetering van de economie in 2017 leidt tot een afname van het aantal nood-zzp’ers. Zij stromen door naar een gewone baan. De tarieven gaan weer stijgen. Zzp’ers kunnen als ondernemer gaan fungeren, hun eigen tarieven en werkomstandigheden bepalen, hun eigen offertes uitbrengen en een fatsoenlijk pensioen opbouwen. Dat het de opdrachtverstrekkers meer gaat kosten, is duidelijk.
So what? Uitbuiting hoort niet voor te komen in dit land.
Geert-Jan van Bussel is ondernemer en lector Digital Archiving & Compliance bij de Hogeschool van Amsterdam.
Deze bijdrage komt uit IP nr. 8 / 2017. Het gehele nummer kun je hier lezen.