Door: Frank Huysmans
Een bekend gezegde wil dat er leugens zijn, gemene leugens, en als overtreffende trap statistieken. Het wordt aan meerdere personen toegeschreven die het als eerste gebezigd zouden hebben. De grote Winston Churchill is een kandidaat. Ik houd het op Benjamin Disraeli, een negentiende-eeuwse voorganger van Churchill. Alleen al vanwege zijn mooie achternaam die in 1967 door een verspreking van een roadie terechtkwam in de titel van de tweede plaat van het Britse powertrio Cream met ‘Slowhand’ Eric Clapton op gitaar. Een van de beste platen in de geschiedenis van de rockmuziek, maar dat in hoge mate terzijde.
Met statistieken – cijfers – kun je mensen goed op het verkeerde been zetten. Toch zijn het niet de cijfers zelf die dat doen, maar de draai die aan de interpretatie ervan wordt gegeven. Cijfers liegen niet. Hun gebruikers, retorisch begaafde politici en bestuurders voorop, zijn de leugenaars. De bibliotheeksector bezit met het Bibliotheek Informatie Systeem (BIS) van de VOB, de mede daarop gebaseerde Bibliotheekmonitor, de UKB-statistieken en de Leesmonitor van Stichting Lezen over langjarige cijferreeksen. Al met al geven die een betrouwbaar maar ook tamelijk globaal beeld van de ontwikkelingen binnen de sector. Wat je ermee doet is vers twee. Je kunt uit de cijferreeksen voor je persbericht de twee pikken die op dat moment goed uitkomen en Disraeli als engeltje op je schouder laten plaatsnemen. Of je kunt proberen het totale plaatje te schetsen en zo een vollediger beeld te schetsen. Ieder zijn meug.
Voor beide groepen, de naar-compleetheid-strevers en de cherrypickers, is het jammer dat er geen gedetailleerdere cijfers zijn. Rond 2007 ontstond ten burele van de VOB het idee om toe te werken naar een landelijk registratiesysteem. Dat moest het jaarlijkse bedelen bij de bibliotheken om ledentallen en uitleencijfers overbodig gaan maken. Het idee was simpel: stort alle gegevens die bibliotheken sowieso al bijhielden, zoals welke leners welke titels lenen, in een landelijke ‘bak’. Haal daar vervolgens de kengetallen uit die je nodig hebt voor jaarverslagen op lokaal, provinciaal en landelijk niveau. Het kan bijna volledig geautomatiseerd worden. Je kunt regelen wie op welk niveau tot de gegevens toegang heeft. Het is waardevolle input voor beleidsdiscussies, direct marketing, toegepast én wetenschappelijk onderzoek. De privacy van de gebruikers moest uiteraard worden gewaarborgd. Dat bleek binnen de wettelijke kaders goed te regelen.
In 2009 werd er serieus geld in dit project, inmiddels landelijk datawarehouse genaamd, geïnvesteerd. De openbare bibliotheken gingen ermee akkoord dat het vullen van de bak met data van hun kant een extra inspanning zou vergen. Deadline van oplevering: eind 2011. Dat werd eind 2012. Eind 2013. Inmiddels ligt het project nagenoeg stil door gebrek aan… Ja, aan wat eigenlijk? Niet aan geld. Naar ik begrijp wachten de betrokken partijen op elkaars volgende beweging. En gebeurt er niets en zijn er nog altijd geen gedetailleerdere cijfers over de openbare bibliotheken. Zelfs niet om mee te liegen.
Frank Huysmans is redacteur van InformatieProfessional, bijzonder hoogleraar bibliotheekwetenschap aan de UvA en zelfstandig onderzoeker en adviseur.
Deze bijdrage komt uit IP nr. 5 / 2014. Het gehele nummer kun je hier lezen