Door: Rob Feenstra
‘Aan geboden een video recorder 2000 draaid wel is een video band bij verdere werking onbekend.misschien iets voor de verzamelaar.’
Die advertentie op Marktplaats brak mijn hart, niet alleen vanwege de aandoenlijke variant van het Nederlands, maar vooral omdat dit in een notendop de teloorgang van een superieur stukje Nederlandse technologie demonstreert.
Video2000 had meer kwaliteit dan VHS, maar toch werd dat laatste systeem de standaard. Videorecorders werden alleen nog gemaakt voor VHS-banden en Video2000 ging kansloos ten onder. Het is het principe van dominant design: na een rommelige beginperiode wordt één systeem, om wat voor reden ook, leidend en past de hele markt zich aan, ook als er betere alternatieven voorhanden zijn.
Dat verschijnsel zie je ook in het publicatieproces. Van oudsher worden artikelen gepubliceerd in tijdschriften omdat het nu eenmaal niet rendabel is om ze individueel te drukken en te verspreiden. In onze digitale tijd spelen die kosten nauwelijks een rol meer, maar toch blijft het tijdschrift, ook digitaal, een dominante publicatievorm. Raar eigenlijk.
En dan heb ik het nog niet eens over de door het verleden bepaalde, maar al lang niet meer noodzakelijke dominantie van uitgevers in het digitale publicatieproces. Dominant design is ook heel mooi te zien in het distributiemodel voor ebooks. Van sommige leveranciers mag een universiteit een ebook maar uitlenen aan één persoon en slechts voor een beperkte periode, kortom dezelfde regels die je hanteert voor een papieren boek. Het verschil is dat een ebook een verzameling digitale nullen en eentjes is die je, letterlijk, voor hetzelfde geld onbeperkt aan de volledige wereldbevolking ter beschikking zou kunnen stellen. Natuurlijk begrijp ik wel dat er een verdienmodel moet zijn, maar niemand zou op deze specifieke formule zijn uitgekomen als hij al niet had bestaan voor het papieren boek. Het is alsof je een paard voor een auto spant omdat we dat vroeger nu eenmaal ook deden. Dominant design in optima forma.
Maar de meest schrijnende vorm van dominant design in ons vak bevindt zich aan de consumentenkant. Om een groot bereik te krijgen moest tekst tot heel recent worden gedrukt en verspreid. Omdat informatie dus relatief duur en schaars was, gingen we er terecht stilzwijgend van uit dat alles wat we tot ons kregen een zekere kwaliteit had, want je mag toch zeker verwachten dat je waar voor je geld krijgt!
En dat impliciete vertrouwen is er nog steeds, getuige bijvoorbeeld de mevrouw die zeker wist dat de vluchtelingen onze banen krijgen omdat het op Facebook had gestaan. Een exces? Misschien, maar dat geldt niet voor al die mensen die klakkeloos het eerste het beste zoekresultaat van hun zoekmachine als waar accepteren zonder naar de bron te kijken (als Google zelf al niet als de bron wordt gezien). Die vorm van dominant design is kwalijker en waarschijnlijk hardnekkiger dan de voorbeelden die ik hierboven beschreef. En we zijn er nog lang niet van af.
Rob Feenstra is projectleider/ consultant bij de Universitaire Bibliotheken Leiden en heeft als aandachtsgebied bibliotheeksystemen en de digitale bibliotheek.
Deze bijdrage komt uit IP nr. 4 / 2016. Het gehele nummer kun je hier lezen.