Wisselcolumn: Ik denk, dus ik ben… compatible

‘De pil heeft veel betekend voor de homo-emancipatie.’ Ik was verrast door die woorden, want ik luisterde naar een lezing van neuropsycholoog Femke Nijboer over de ethische aspecten van neuropsychologie. De verklaring bleek even simpel als logisch: door de pil zien we seks niet meer als iets wat automatisch tot voortplanting moet leiden. Daardoor beschouwen we homo’s en hetero’s meer als gelijkwaardig. En dus zorgt technologie ervoor dat we anders over andere mensen gaan denken.

Mijn gedachten dwaalden af naar de bijbel, waarin God in niet mis te verstane bewoordingen aangeeft dat praktiserende homoseksuelen ter dood moeten worden gebracht (en nee, dat is geen verzinsel. Lees Leviticus 20:13 er maar op na). Ik weet dat er christelijke homo’s zijn die menen dat God daar tegenwoordig heel anders over denkt, nu seks en voortplanting niet meer onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn. Als dat inderdaad zo is, en als God bestaat, hebben we te maken met een opmerkelijk fenomeen: ook God laat zich beïnvloeden door menselijke technologie.

In dezelfde lezing ging het over de brain computerinterface waar Facebook mee bezig is. Het doel is kortweg dat mensen tekst op een beeldscherm kunnen laten verschijnen door aan woorden te denken. Daarmee zouden ze zo’n honderd woorden per minuut kunnen ’typen’, en dat is aanmerkelijk meer dan gewoon met de vingers. Ik dacht aan de schrijver Simon Vestdijk, die door Adriaan Roland Holst ooit werd omschreven als de man die sneller kon schrijven dan God kan lezen. Straks kunnen we dat allemaal!

Ook andere grote bedrijven zijn bezig met de ontwikkeling van brain computerinterfaces. Microsoft wil ons apps laten gebruiken en computercommando’s laten sturen via onze hersenen en Elon Musk spant de kroon met Neuralink. Hij vertelde in de podcast The Joe Rogan Experience dat deze nieuwe startup ervoor moet zorgen dat computers de hersenen direct voeden met informatie, waardoor we een soort supermensen gaan worden. Niet veel later stak hij in hetzelfde programma een joint op en dáár hadden alle nieuwsrubrieken het vervolgens over. We leven in een vreemde wereld.

Deskundigen zijn het niet eens over het tijdsbestek waarin deze plannen allemaal werkelijkheid kunnen worden, en of het überhaupt geen megalomane fantasieën zijn. Maar het is in ieder geval duidelijk dat er op dit vlak stappen worden gezet. Je hoeft niet op een computer aangesloten te zijn om je voor te stellen welke risico’s eraan verbonden zijn.

De voor de hand liggende volgende stap is dat een interface niet alleen opvangt wat we in ons hoofd willen schrijven, maar ook waar we verder aan denken. Straks kunnen we niet alleen afgeluisterd worden, maar ook afgedacht. George Orwell, eat your heart out!

En voor de derde keer dacht ik aan het opperwezen, dit keer via de bekende woorden van de dichter Willem Kloos: ‘Ik ben een God in ’t diepst van mijn gedachten’. Het zal toch niet zo zijn dat Mark Zuckerberg en Elon Musk straks weten wat God…? Ik moet er niet aan denken.

Rob Feenstra is projectleider/consultant bij de Universitaire Bibliotheken Leiden; heeft als aandachtsgebieden bibliotheeksystemen en de digitale bibliotheek

Deze bijdrage komt uit IP nr. 8 / 2018. Het gehele nummer kun je hier lezen; de Smart Humanity-special hier.