Zo’n 150 leraren en schoolleiders hebben op Curriculum.nu een voorstel gedaan voor een nieuw curriculum voor het basis- en voortgezet onderwijs. Een van de voorstellen betreft het vak Nederlands, waarbij wordt gepleit voor meer leesplezier.
Wat moeten onze leerlingen kennen en kunnen? Dat is de centrale vraag waarover 150 leraren en schoolleiders zich het afgelopen jaar hebben gebogen. De negen ontwikkelteams hebben hierop een voorlopig antwoord gepubliceerd. In de vorm van negen conceptvoorstellen voor negen leergebieden presenteren de ontwikkelteams op curriculum.nu hun plannen voor de onderwijsinhoud van morgen. Die voorstellen vormen de basis voor de herziening van de kerndoelen voor het primair onderwijs, het voortgezet onderwijs en het speciaal onderwijs. Voor de bovenbouw doen de teams aanbevelingen, waarbij de bestaande vakken het uitgangspunt zijn.
Leesmotivatie en leesplezier
“In de onderbouw vo ontwikkelen leerlingen hun literaire competentie verder en werken ze aan leesmotivatie en leesplezier om lezers te worden en te blijven,” zo valt in de conceptvoorstellen voor het vakgebied Nederlands (pdf) te lezen. “Door leerlingen voor te lezen, zelf en samen te laten lezen, ontdekken ze dat het lezen van literaire teksten een plezierige ervaring kan opleveren, hun stemming kan beïnvloeden, kan ontspannen en kan helpen de wereld te leren kennen. Dat doen ze via een breed aanbod aan literaire teksten uit verschillende (sub)culturen en perioden, zowel oorspronkelijk Nederlands werk als naar het Nederlands vertaald, waar mogelijk in afstemming met andere leergebieden.”
Laatste feedbackronde
De komende maanden staan in het teken van de laatste feedbackronde. Tot en met zondag 11 augustus kunnen belanghebbenden en belangstellenden via curriculum.nu feedback geven op de conceptvoorstellen van de ontwikkelteams. Tevens worden er weer diverse consultatiebijeenkomsten georganiseerd waar men in gesprek kan gaan over de conceptvoorstellen van de teams. De teams gebruiken de ontvangen feedback om de conceptvoorstellen af te maken. In oktober worden de definitieve voorstellen aangeboden aan de minister voor basis- en voortgezet onderwijs.
(Afbeelding: pixabay.com)