UB: studieplek of kennisinstelling?

‘Universiteitsbibliotheek Groningen weert hbo-studenten in tentamentijd,’ aldus de Volkskrant van 11 december. Iedere tentamenperiode voltrekt zich hetzelfde ritueel en ieder jaar schrijft de Volkskrant erover alsof het nieuws is. 
Door: Peter Becker, docent IDM-opleiding, Haagse Hogeschool
Horden studenten gebruiken de bibliotheek van een universiteit om rustig te studeren voor de naderende tentamens of hun papers af te ronden voor de deadline.  De bibliotheek kan de toeloop niet aan maar is stiekem blij met de aandacht die zij als instituut krijgt. Met de digitalisering van (wetenschappelijke) informatie worden immers vaak vraagtekens gesteld bij de functie van een bibliotheek.
De oplossing voor het ruimtegebrek is echter simpel. Een paar jaar geleden voerde ik tijdens mijn masteropleiding Culturele Informatiewetenschap samen met enkele medestudenten een onderzoek uit naar de reden waarom studenten de bibliotheek kiezen als studieplek. Uit het onderzoek bleek onomwonden dat de aanwezige collectie en de diensten van de medewerkers nauwelijks tot geen rol speelden bij de keuze om in de bibliotheek te studeren. Heel veel informatie is digitaal beschikbaar via de digitale bibliotheek of als Open Access-materiaal en studenten zijn, al of niet terecht, in de veronderstelling dat zij geen hulp nodig hebben bij hun informatievergaring.
De meeste studenten hebben gewoon behoefte aan een rustige plek en een goede internetverbinding. Dat lijkt mij toch niet exclusief voorbehouden aan een bibliotheek. Een universiteit of hbo-instelling kan op willekeurige plekken op de campus ruimten inrichten met een toezichthouder, goede wifi en een aantal pc’s. De bibliotheken zullen minder vol zijn, maar voor de veelal hooggeschoolde informatiespecialisten van de universiteitsbibliotheek blijven voldoende nuttige taken over ten behoeve van onderwijs en onderzoek. Laten de UB’s zich daar vooral op richten.