Is Google nog wel een zoekmachine? Er zijn heel wat signalen die maken dat je dat in twijfel kunt trekken.
Door: Eric Sieverts
Van die signalen zijn heel wat voorbeelden te geven. Zo viel in de keynote op Googles ontwikkelaarscongres Google-I/O in mei, met aankondigingen van wel honderd nieuwigheden, slechts tweemaal het woord ‘search’.1 Maar er is meer.
Verdwijnende functionaliteit
Dat de afgelopen jaren allerlei zoekfunctionaliteit is verdwenen, is al herhaaldelijk door allerlei zoekprofessionals als Phil Bradley, Karen Blakeman of Danny Sullivan gememoreerd. En daaraan lijkt nog geen eind gekomen met recente veranderingen in image search en het afschaffen van het ‘info:’-commando.2
Soms lijkt het overigens te helpen als je je daar kwaad over maakt. Afgelopen najaar waren er geruchten dat ook twee favoriete tools van dé Nederlandse internetzoekexpert Henk van Ess zouden verdwijnen. De * woord-wildcard en de AROUND(n) afstandsoperator waarmee je naar bepaalde patronen in tekst kunt zoeken. Maar dankzij extra ophef die Van Ess hierover georganiseerd had, kon hij vlak voor kerst op Twitter melden:3 ‘And I have already good news for y!! HQ Google just decided a moment ago NOT to kill * and AROUND for now! Maybe our effort helped! But queries can lead to erratic results because they use a lot of computer power’.
PageRank
Het octrooi op Googles PageRank, de functionaliteit waaraan Google zijn bijna-monopolie op websearch te danken heeft, is vorig jaar verlopen. De twintig jaar dat een vinding beschermd wordt, waren om. Niet dat Google overigens geld verdiende aan het uitbaten van dat octrooi, want dat stond nog altijd op naam van Stanford University, waar Larry Page en Sergey Brin studeerden toen ze hun nieuwe methode van ranking bedachten.
Bovendien lijkt PageRank een steeds minder belangrijke rol te spelen bij het presenteren van zoekresultaten. Een eerste stap in die richting was de personalisatie van de ranking die al jaren geleden zijn intrede deed. Kennis over wat een gebruiker eerder gezocht en bekeken had, begon een net zo belangrijke rol te spelen als de op backlinks gebaseerde PageRank.
Semantiek en intentie
Nog een stapje verder gaan de pogingen van Google om vragen concreet te beantwoorden. In het semantische tijdperk gaat het er niet langer om welke letters een zoeker intikt, maar om de betekenis daarvan. En belangrijker nog, om de intentie van de zoeker. Wat wil die eigenlijk weten? Hoe kan daarop direct antwoord gegeven worden, liefst zonder een lijst met tien blauwe links naar webpagina’s.
Daarvoor moeten zoekvragen geïnterpreteerd en begrepen worden, zelfs als die maar uit een enkel woord bestaan. Er wordt hoog opgegeven van de zelflerende algoritmes – deep learning – die hiervoor in de module RankBrain zitten. Maar in de praktijk blijken op veel simpeler niveau de locatie van de gebruiker en het gebruikte apparaat nog de belangrijkste rol te spelen.
Zo kreeg ik onlangs in Italië, hoewel persoonlijk bij Google ingelogd, vooral Italiaanse zoekresultaten op mijn niet-Italiaanse zoekvragen. Locatiegegevens bleken veel belangrijker bij het vaststellen van mijn intentie dan wat Google al van me wist. Want thuis bekijk ik vrijwel nooit Italiaanse webpagina’s.
Google blijkt zich er overigens van bewust te zijn niet altijd zeker te kunnen weten wat een gebruiker precies bedoelt, zelfs als diens zoekvraag keurig uit een zinnetje bestaat. Om welk aspect of welke invalshoek gaat het? Wil je een oorzaak of een remedie? Om die problematiek op te lossen, geeft Google nu soms twee antwoorden, waaruit de gebruiker kan kiezen.4 Deze antwoordblokjes worden wel multifaceted featured snippets genoemd.5 Overigens bestond dat eerder ook al bij zoekmachine Bing.
Antwoordmachine
Van recht-toe-recht-aan zoekmachine is Google dus geëvolueerd tot antwoordmachine. Het is duidelijk dat niet elke informatiespecialist op die ontwikkeling zit te wachten. Een andere beroepsgroep heeft daar om andere redenen trouwens ook problemen mee. In de wereld van de zoekmachineoptimalisatie (SEO) zijn oude voorschriften hoe je webpagina’s hoog laat scoren niet meer zo relevant, als bovenaan de resultatenpagina van een zoekmachine vaak geen webpagina’s maar antwoorden komen te staan. Vandaar ook speciale aanwijzingen hoe je pagina’s moet optimaliseren voor Google’s RankBrain machine learning-techniek.6 Ook nuttig in dat verband is ‘Five Years of Google Ranking Signals’, een recent uitputtend overzicht door Bill Slawski.7
Verdwijnende zoekgoeroes
In het verleden waren er nogal wat zoekgoeroes die Google kritisch volgden, op Twitter en in hun eigen weblogs. Maar veel daarvan zijn intussen verdwenen of doen er meestentijds het zwijgen toe. Gwen Harris (@websearchlady) is met pensioen, van de immer kritische Phil Bradley horen we nog nauwelijks iets, Greg Notess en Marydee Ojala schrijven hooguit nog wat in betaalde bladen en van Danny Sullivan komen niet heel veel kritische geluiden meer nu hij, na zijn afscheid bij SearchEngineLand, bij Google zelf in dienst gekomen is.
Nu pakt dat laatste soms wel goed uit, want het lijkt dat de eerder genoemde actie van Henk van Ess vooral dankzij hem succes gehad heeft. Op Twitter komen eigenlijk alleen van Karen Blakeman nog serieuze kritische berichten over zoeken met Google. En helaas betreft dat meestal verslechterde primaire zoekfunctionaliteit.
Nieuwe prioriteiten
Tot zover klinkt dit verhaal niet bijster positief. Ik heb het dan ook alleen over de basis van het zoeken gehad en niet over de honderd nieuwtjes die in mei op Google I/O wel aan de orde gekomen waren.8 Maar die hebben ook maar betrekkelijk weinig met de core business van het zoeken te maken. Die gingen vooral om Google Assistant die je spraakgestuurd in steeds meer talen steeds meer dingen voor je kunt laten doen, nu ook in het Nederlands. Die betroffen AI en machine learning voor heel andere toepassingen dan search. Dat was dat Android beter geschikt wordt voor toepassing in tv, auto’s en Google Assistant. Dat waren nieuwigheden in Google Maps, Photos en News, en ontwikkelingen voor Virtual Reality. En tel zo nog maar even door tot honderd.
Overigens zijn er stemmen die denken dat Google zelf wel eens zou kunnen instorten, omdat het op de advertentiemarkt waar het zijn geld verdient, wordt verdrongen door Amazon en Facebook.9 Dat brengt me dan terug bij mijn beginvraag: ik denk dat we toch nog wel een tijdje zullen blijven googlen, ook al is de officiële naam van het moederbedrijf tegenwoordig Alfabet. En ook al staat dat werkwoord dan niet meer voor het gestructureerde en gecontroleerde zoeken dat informatieprofessionals prefereren. Of je dat erg moet vinden, laat ik aan de lezer over.
Noten
3. https://twitter.com/henkvaness/status/943217349062283265
4. https://www.blog.google/products/search/providing-more-comprehensive-results-your-questions-search/
6. https://backlinko.com/google-rankbrain-seo
7. http://www.seobythesea.com/2018/06/google-ranking-signals/
8. https://www.blog.google/topics/developers/all-io18-announcements/
9. https://hackernoon.com/how-google-collapsed-b6ffa82198ee
Eric Sieverts is redacteur van IP en freelance docent en adviseur
Deze bijdrage komt uit IP nr. 6 / 2018. Het gehele nummer kun je hier lezen.