Oude bronnen: Oude drukken gaan digitaal

In 2025 wil de KB de hele Nederlandse boekproductie digitaal beschikbaar hebben. Een tussenstand.

Door: Marieke van Delft

In het Beleidsplan 2010-2013 van de KB stond dat ernaar gestreefd werd in 2025 de hele Nederlandse boekproductie digitaal beschikbaar te hebben. Dat was een ambitieus plan – misschien qua planning wel al te ambitieus. In ieder geval wordt er door veel partijen enorm hard gewerkt om dit te realiseren. Ook de oude drukken – boeken gedrukt vóór 1800 – vallen natuurlijk binnen dit streven. Die hebben een voordeel en een nadeel. Het voordeel is dat die niet meer onder copyright vallen en dat er dus niemand bezwaar tegen maakt als je ze online beschikbaar stelt. Het nadeel is dat het hierbij veelal om kostbaar materiaal gaat dat heel zorgvuldig gehanteerd moet worden.

Daarom is de KB aanvankelijk met twee commerciële partijen in zee gegaan: ProQuest en Google. ProQuest zou in de KB zelf de boeken tot 1700 digitaliseren; de boeken vanaf 1700 tot 1870 zouden door Google ‘ergens in Europa’ verwerkt worden. In beide gevallen zou de KB zorgen voor de metadata, de materiaalvoorbereiding en de procesmatige aanlevering van het materiaal.

Negen jaar later

Wat is er negen jaar later van gekomen? ProQuest heeft een aantal jaren in de KB gewerkt. Het resultaat is voorbeeldig, maar kennelijk was het verdienmodel onvoldoende, waardoor ze voortijdig zijn gestopt. Toch zijn via de website bijna 16.000 oude drukken uit de KB (vanaf een Nederlands IP-adres gratis) te raadplegen. Google is nog steeds bezig. Toen men klaar was met boeken van ná 1700 uit de KB, is Google vanuit het contract met de KB doorgegaan met collecties van andere grote Nederlandse universiteitsbibliotheken zoals die van Amsterdam en Utrecht. En momenteel loopt een vervolgproject met Google, waarin, gecoördineerd door de KB, allerlei kleinere instellingen ook hun boeken naar Google kunnen sturen. Bovendien kunnen grote instellingen boeken, die eerder buiten de boot vielen, meesturen.

Metadata

Aanvankelijk was de kwaliteit van Google matig, maar dat wordt stilaan beter, enerzijds omdat ze nu in betere kwaliteit scannen, anderzijds omdat ze oudere scans opnieuw bewerken. Wel zijn de metadata bij Google onder de maat en bieden ze al helemaal niet de op specialisten gerichte zoekmogelijkheden van ProQuest, zoals het zoeken op marginalia, drukkersmerken en dergelijke.

Daar staat tegenover dat Google full-text zoeken als optie biedt, terwijl ProQuest alleen afbeeldingen geeft. En de efficiëntie en zorgvuldigheid van Google is kolossaal. Even wat cijfers: Google zal aan het eind van dit vervolgproject ca. 530.000 boeken gedigitaliseerd hebben oftewel 85.000.000 pagina’s. 1,6 procent van alle boeken op Google (40 miljoen) is Nederlandstalig. De KB – inclusief de coördinatie die zij uitvoert – is de op drie na grootste Europese samenwerkingspartner.

Enorme mogelijkheden

Wat betekent dit voor het onderzoek met erfgoedmateriaal? Een open deur: als je een tekst wilt zien is het natuurlijk geweldig dat je vanachter je bureau meteen een boek op kunt roepen. Ook voor het vergelijken van bronnen uit verschillende bibliotheken biedt de digitale beschikbaarheid van het materiaal enorme mogelijkheden.

Maar voor onderzoek naar de materialiteit van het boek, voor de historische sensatie, voor onze echte kennis van het verleden, is het contact met de historische bron onontbeerlijk. Laten we dus vooral niet vergeten dat digitale kopieën geen vervanging zijn van oude bronnen, maar een aanvulling. Het daadwerkelijke contact met een originele bron maakt het onderzoek pas compleet.

Marieke van Delft is conservator Oude Drukken bij de Koninklijke Bibliotheek.

Deze bijdrage komt uit IP nr. 9 / 2018. Het gehele nummer kun je hier lezen.