In opdracht van Stichting Lezen vroeg DUO Onderwijsonderzoek 358 vmbo-docenten Nederlands naar hun ervaringen met leesbevordering op school en in de klas. Daarnaast werden twee verdiepende groepsdiscussies met vmbo-docenten gehouden.
80 procent van de vmbo-docenten in deze studie geeft aan dat leesbevordering is (of zal worden) opgenomen in het taalbeleid van hun school. Vrijwel alle vmbo-docenten (99 procent) ondernemen daarnaast leesactiviteiten met hun leerlingen. Het vaakst besteden zij tijd aan vrij lezen (67 procent doet dat minstens één keer per week), voorlezen (28 procent) en het geven van boekadviezen (26 procent).
Hoewel veel docenten met enthousiasme werken aan leesbevordering, constateren zij enkele hardnekkige drempels,. Zo heeft lezen onder leerlingen een ‘suf’ imago (64 procent van de docenten geeft dit aan), is het leesniveau vaak te laag (41 procent) en is er te weinig tijd in het lesprogramma om voldoende aan lezen te doen (44 procent).
“Met het oog op het slechten van deze drempels en het voorkomen van laaggeletterdheid is het inzetten op lezen en leesbevordering bittere noodzaak,” schrijft Stichting Lezen in een persbericht. De Stichting hoopt dat “het onderzoeksrapport (pdf) en de aanbevelingen die daaruit voortvloeien, kunnen bijdragen aan het nog beter vormgeven van lezen en leesbevordering in de toekomst”.
(Foto: Shaun Fisher (CC BY 2.0))