Door Rob Feenstra
Trouwe lezers zullen verbaasd zijn dat deze rubriek ditmaal gewijd is aan een woord dat al heel lang bestaat. En inderdaad, de oudst bekende vermelding ervan in het Nederlands stamt uit 1561. Maar er gebeuren met dit woord de laatste tijd vreemde dingen, die een behandeling in IP Lingo rechtvaardigen. Zo is het gebruik van urgentie de afgelopen jaren flink toegenomen. Hoe komt dat?
Een paar jaar geleden was ik met een vriend op Lowlands. Hij vertelde dat hij een bepaalde band graag wilde zien. Ik vroeg hem wat voor muziek ze maakten en hij antwoordde dat dat moeilijk uit te leggen was, maar dat het in ieder geval urgentie had. Ik knikte met een glazige blik in de ogen en zocht in een onbewaakt moment de betekenis van urgentie op. De Dikke Van Dale omschreef, en omschrijft, het begrip als: 1) het spoedeisende, 2) dringende noodzaak, dringende noodzakelijkheid. Ik vond het een leuke band, maar ze waren spoedeisend noch dringend noodzakelijk.
Inmiddels heb ik gelezen over urgente thrillers, urgente theaterstukken, urgente schilderijen en zelfs over een urgent kennismakingsgesprek met een trapezewerkster. Urgentie heeft de laatste paar jaar een extra betekenis gekregen die nog niet is opgepikt door de grote woordenboeken. Iets kan tegenwoordig urgent zijn als het op de een of andere manier heel belangrijk of niet te missen is.
Het opmerkelijke is dat urgentie met grote regelmaat in negatieve samenstellingen wordt gebruikt. Vaak is zo’n zin niet te begrijpen als je de context niet kent, zoals in: ‘Lokaal voedsel mist urgentie’. Is het niet belangrijk om lokaal voedsel te eten? Wordt er te weinig aandacht besteed aan het produceren van lokaal voedsel? We moeten er maar een slag naar slaan. Over alzheimer las ik: ‘De snelst groeiende dodelijke ziekte mist urgentie’. Ik snap wat ermee wordt bedoeld, maar met Van Dale in het achterhoofd lees ik volstrekte onzin. Dat komt omdat het gebrek aan urgentie niet slaat op alzheimer of lokaal voedsel zelf, maar op de manier waarmee er met die onderwerpen wordt omgegaan.
Urgentie is aan een tweede leven begonnen, maar het is dus zaak om er voorzichtig mee om te springen. Onderstaand gedicht in de stijl van Kees Stip kan dienen als voorbeeld van hoe het wél goed wordt toegepast.
Een zevenslaper uit Baanhoek
Deed laatst een huwelijksaanzoek
En daarna viel hij weer in slaap.
Zijn bruid to be zei met een gaap:
‘Bedankt voor deze confidentie
Maar ’k mis hiervoor toch de urgentie.’
Rob Feenstra is projectleider/consultant bij de Universitaire Bibliotheken Leiden; heeft als aandachtsgebieden bibliotheeksystemen en de digitale bibliotheek.
Deze bijdrage komt uit het digitale magazine IP #9-2022. Klik op de onderstaande button om het hele nummer te lezen.