Jennifer Conrady heeft met ‘A Crowdsourcing Project with a “Predefined Crowd”?’ onlangs de Tiele-scriptieprijs 2012 gewonnen. In haar scriptie staat de contextualisering van digitaal erfgoed met behulp van online erfgoedonderwijs centraal.
Door: Jennifer Conrady
Erfgoedinstellingen experimenteren momenteel met crowdsourcing. Ze stimuleren onder andere social tagging en het transcriberen van gedigitaliseerde manuscripten door online vrijwilligers. Deze ontwikkelingen brachten mij op het idee om na te gaan of een crowdsourcingactiviteit in een museum of archief kan worden gecombineerd met een leerlingenactiviteit.
Voor mijn scriptie heb ik onderzoek gedaan naar de mogelijkheden om leerlingen mee te laten werken aan het toevoegen van contextuele informatie aan digitale erfgoedobjecten. Leerlingen komen daardoor in aanraking met erfgoedobjecten en de erfgoedinstelling krijgt op haar beurt waardevolle context over de objecten. Andere internetgebruikers kunnen hier vervolgens weer van profiteren.
Research
Mijn research omvatte bronnenonderzoek, analyses van praktijkvoorbeelden en een empirisch gedeelte. Hiervoor voerde ik semi-gestructureerde interviews met twee geschiedenisleraren en met medewerkers educatie en digitalisering van zes Nederlandse musea en archieven. Via de interviews heb ik getoetst in hoeverre een gecombineerde crowdsourcing- en leerlingenactiviteit in de praktijk uitgevoerd zou kunnen worden. Met name wilde ik weten of erfgoedprofessionals er potentieel in zien en hoeveel moeite ermee gepaard zou gaan. En zouden docenten de activiteit in hun lessen willen en kunnen integreren?
Resultaten
Uit mijn onderzoek blijkt dat het mogelijk is om crowdsourcing en een leerlingenactiviteit samen te voegen. Leerlingen kunnen bijvoorbeeld meehelpen bij het contextualiseren van erfgoedobjecten door een Wikipedia-artikel over een object te creëren of personen te interviewen die een persoonlijk verhaal toe kunnen voegen aan een museumobject of archiefstuk. Voor de erfgoedinstelling bieden de activiteiten verschillende voordelen. Zo kunnen de erfgoedobjecten verrijkt met aanvullende contextinformatie beschikbaar worden gesteld op internet. Ook kan – bijvoorbeeld door een nieuw Wikipedia-artikel – de zichtbaarheid van de objecten op het web worden versterkt.
Verder kunnen de activiteiten het leerproces bevorderen doordat scholieren direct met (gedigitaliseerde) erfgoedobjecten aan het werk gaan. Daardoor hebben zij een concreet beginpunt waar vanuit zij een – soms angstaanjagend – breed onderwerp als de Nederlandse staatsvorming of de vervolging van joden in de Tweede Wereldoorlog kunnen benaderen. Uit het onderzoek komt ook een belangrijk probleem voor de docenten naar voren: de beschikbare tijd. Als het onderwerp waar de activiteit om draait niet in het leerplan is opgenomen, hebben leraren weinig ruimte voor dit soort ‘extra’s’. De erfgoedinstellingen moeten dan ook bereid zijn de nodige voorbereidingen voor de activiteit te treffen en eventueel tools beschikbaar te stellen.
Het meest tijdrovende aspect van de activiteit is volgens de meeste ondervraagde erfgoedprofessionals de kwaliteitscontrole van het resultaat van de activiteit. Hieraan verbonden is de – nog verder te onderzoeken – vraag of erfgoedinstellingen de informatie die op het web aan hun digitale erfgoedobjecten wordt toegevoegd, in de toekomst kunnen (en moeten) blijven controleren. Een tweede vraag die opkomt door mijn onderzoek is in hoeverre linked open data een ‘handmatige’ contextualisering van erfgoedobjecten in de toekomst kunnen vervangen.
Jennifer Conrady is in 2012 afgestudeerd in ‘Book and Digital Media Studies’ aan de Universiteit Leiden en werkt bij keramiekmuseum Hetjens-Museum in Düsseldorf. Haar scriptie ‘A crowdsourcing project with a predefined crowd. Involving secondary school students in the contextualisation of digital cultural heritage objects’ is beschikbaar op www.den.nl/blog/bericht/3690.
Deze bijdrage komt uit IP nr. 5 / 2013. Het gehele nummer kun je hier lezen