Wilbert Helmus is onlangs gestart als erfgoedsoftwaremakelaar, vanuit een samenwerking van het Meertens Instituut en Stichting DEN, met steun van OCW. Helmus vertelt wat deze nieuwe functie inhoudt
Welke rol vervullen de deelnemende partijen?
‘Het Meertens Instituut is mijn werkgever. Van de drie dagen die ik voor deze functie tot mijn beschikking heb werk ik één dag per week vanuit DEN (Digitaal Erfgoed Nederland) omdat zij als spin in het digitaal erfgoed functioneert. OCW heeft de makelaarsfunctie financieel mogelijk gemaakt. CATCH (Continuous Access To Cultural Heritage) was een onderzoeksprogramma van NWO (Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek) en de erfgoedmakelaar gaat proberen om de onderzoeksresultaten ervan te verzilveren.’
Wat is jouw taak als erfgoedsoftwaremakelaar?
‘In de CATCH-projecten is software ontwikkeld die soms gebruikt kan worden door erfgoedinstellingen buiten deze projecten. Denk bijvoorbeeld aan een geautomatiseerde annotatietool of software voor handschriftherkenning. Maar ook in andere (Europese) digitaliseringsprojecten worden tools en diensten ontwikkeld die op grotere schaal ingezet kunnen worden. De erfgoedsoftwaremakelaar beoordeelt de exploitatiemogelijkheden van dit soort (vaak innovatieve) software, brengt vraag en aanbod bij elkaar en stimuleert de inzet van ontwikkelde software op bredere schaal. Als makelaar ben ik onafhankelijk en sta ik boven alle betrokken partijen.’
Waarom nu pas?
‘Vanuit de overheid is steeds meer aandacht voor de infrastructurele kant van digitaal erfgoed. Resultaten van digitaliseringsprojecten moeten ook op langere termijn beschikbaar kunnen blijven. Websites en publiekstoepassingen zijn modegevoelig en binnen enkele jaren verouderd. Het gaat nu om een balans tussen de voorkant en de achterkant van digitaal erfgoed. Vanuit OCW wordt sterker ingezet op die balans.’
Is er geld met (software)resultaten van innovatieve erfgoedprojecten te verdienen?
‘Er is in ieder geval geld te besparen! Het zou bijvoorbeeld mooi zijn als erfgoedinstellingen gebruik kunnen maken van een gemeenschappelijke persistent identifier-dienst (een soort ISBN voor digitale objecten). Dit voorkomt dat individuele instellingen geld en tijd moeten besteden aan het doorvoeren van persistent identifiers. Dit is een goed voorbeeld van een van mijn projecten.’
Krijg je een aandeel van de verkoop?
‘De functie is mogelijk gemaakt door OCW. Het moet de komende maanden duidelijk worden of ik als makelaar zoveel meerwaarde kan bieden dat de markt (instellingen, leveranciers) geld over heeft voor mijn bemiddeling en dienstverlening. Op den duur zou ik dan “mijn eigen broek” kunnen gaan ophouden.’
Kijk je ook naar het buitenland?
‘Soms zal Nederland te klein zijn voor het vermarkten van een bepaald product. Ik houd daarom ook rekening met het buitenland. Niet in de laatste plaats omdat veel projecten nu vanuit Europa worden gefinancierd.’
Je hebt 18 maanden om deze functie te vervullen. Wat gebeurt er daarna?
‘Binnen deze tijd moet duidelijk zijn of de erfgoedsoftwaremakelaar bestaansrecht heeft. Afhankelijk van de resultaten wordt dan bekeken of en in welke vorm deze functie meerwaarde heeft. Ik heb dus heel concrete doelstellingen.’
Deze bijdrage komt uit IP nr. 2 / 2014. Het gehele nummer kun je hier lezen