Misinformatie op sociale media bedreiging voor democratie in VS

De verspreiding van misinformatie op sociale media vormt een grote bedreiging voor de democratie in de Verenigde Staten. Dat blijkt uit onderzoek dat Roan Buma, communicatiewetenschapper aan de Vrije Universiteit, deed met collega’s van het Center for Social Data Analytics van Penn State University. Republikeinen delen veel vaker onbetrouwbare bronnen dan Democraten.

Buma onderzocht de verspreiding van online misinformatie door verkozen volksvertegenwoordigers. ‘De verspreiding van misinformatie door politieke elites is bijzonder gevaarlijk. Deze elites hebben aanzienlijke invloed op de vorming van publieke opinie. Ze kunnen mensen overtuigen en zelfs drastisch hun mening veranderen over bepaalde onderwerpen’, aldus Buma op de website van de VU waar het onderzoek in het kader van de Amerikaanse verkiezingen wordt uit- en toegelicht.

Onbetrouwbare bronnen delen

Republikeinen delen volgens de onderzoekers ongeveer twintig keer vaker onbetrouwbare bronnen dan Democraten op platform X (voorheen Twitter). Circa 5,6 procent van de door Republikeinen gedeelde bronnen was onbetrouwbaar, vergeleken met slechts 0,275 procent voor Democraten. Buma: ‘We ontdekten ook dat ruim de helft van de Republikeinse staatswetgevers minstens een keer een onbetrouwbare bron heeft gedeeld in een tweet. Dat terwijl 15 procent van de Democratische wetgevers dit heeft gedaan. Het goede nieuws is dat een grote meerderheid van de staatswetgevers (70 procent) nooit een onbetrouwbare bron op X heeft gedeeld.’

Staatswetgevers

Hoewel er al studies zijn gedaan naar de verspreiding van misinformatie door congresleden, was er nog geen enkele studie naar de rol van staatswetgevers in de VS. Dat zijn de parlementariërs van elk van de vijftig staten. ‘Tijdens ons onderzoek waren er 8.003 staatswetgevers, waarvan 5.712 Twitter/X gebruikten. Deze parlementariërs zijn veel meer afhankelijk van sociale media dan congresleden om met hun kiezers en belanghebbenden te communiceren, vanwege een gebrek aan staats- en mediabronnen’, zegt Buma.

Identificeren desinformatie

Om desinformatie te identificeren, richtten Buma en zijn collega’s zich op de kwaliteit van de bronnen die door wetgevers in hun tweets werden genoemd. Zo wordt een website van een mediabron die bekendstaat om het verstrekken van feiten en die correcties maakt bij fouten als betrouwbaar beschouwd. Daarentegen wordt een website die bekendstaat om het verspreiden van misinformatie en complottheorieën als onbetrouwbaar gezien.

Meer onderzoek nodig

Er is volgens Buma behoefte aan meer onderzoek in het snelgroeiende veld van digitale politiek. Kiezers gebruiken steeds vaker sociale media om de politiek te volgen. Daar kunnen gekozen ambtenaren de traditionele media omzeilen, waardoor ze zonder controle alles tegen hun volgers kunnen zeggen. ‘We zien dit ook in Nederland, bijvoorbeeld met de radicaal-rechtse populist Geert Wilders die X gebruikt om de media te omzeilen. En met Donald Trump die zijn eigen socialemediaplatform Truth Social gebruikt.’