Door: Edwin Mijnsbergen
2016 belooft een interessant jaar te worden voor de zogenoemde vr-bril (virtual reality-bril). Op de Consumer Electronics Show, die begin januari in Las Vegas plaatsvond, wemelde het van de toepassingen die gebruik zullen gaan maken van vr-technologie, zoals Eyefluence, zodat je opdrachten kunt geven met je ogen, en Oculus Medium, dat fungeert als een soort MS Paint.
Dat ontwikkelaars op dit moment hard werken aan die toepassingen, heeft alles te maken met het feit dat in maart de consumentenversie van de Oculus Rift wordt gelanceerd. De Oculus Rift is zeker niet de enige vr-bril die op de markt komt (bedrijven als Sony en Samsung werken aan hun eigen bril), maar vanaf het moment dat de eerste versie ervan beschikbaar kwam ontwikkelde deze bril zich wel tot het boegbeeld van deze productgroep, zeker toen Facebook het bedrijf dat de Rift maakt in 2014 overnam voor twee miljard dollar.
Een vr-bril meet de bewegingen van het hoofd van de speler zodat deze bewegingen gebruikt kunnen worden als besturing in bijvoorbeeld videogames. Iemand die de bril opzet belandt in een 3D-omgeving die door de korte afstand tot de ogen veel intenser is dan die van 3D-schermen op afstand. De grote vraag is of de consument overstag zal gaan voor deze technologie. De toepassingen zijn veelbelovend, maar de prijs is hoog: bij de lancering kost de Oculus Rift 699 euro.
Dat roept de vergelijking op met Google Glass, die door de hoge prijs en andere bezwaren al weer snel van de markt werd gehaald. Over de Oculus Rift hoor je echter veel minder kritische geluiden. De naam duikt continu op. In de aankondiging van een game die mensen met een lui oog helpt weer goed te kunnen zien, bijvoorbeeld, maar ook in de programma’s van bibliotheken en andere culturele organisaties. Ook zulke organisaties kunnen met vr-brillen wellicht meer dan op dit moment valt te voorspellen. Of de Oculus Rift een succes wordt moet nog blijken, maar zeker is wel dat we er dit jaar nog veel over zullen horen en lezen.
Edwin Mijnsbergen is redacteur van IP en freelance informatiespecialist.
Deze bijdrage komt uit IP nr. 1 / 2016. Het gehele nummer kun je hier lezen.