Persoonscertificering van informatieprofessionals komt dichterbij

Al jaren worden de mogelijkheden van certificering van informatieprofessionals onderzocht. Met de komst van initiatiefgroep KEI-ip lijkt dit ‘keurmerk’ een stap dichterbij gekomen. Een interview met ‘trekker’ Margriet van Eck Poppe en KEI-secretaris Antony Fokker.

Door: de redactie

‘Gaan we door met het opzetten van een persoonscertificering van informatieprofessionals of trekken we de stekker eruit?’ Voor die vraag stond de initiatiefgroep KEI-ip (Kennis en het Imago van de informatieprofessional) twee jaar geleden. ‘Het werd doorgaan,’ vertelt initiatiefnemer Margriet van Eck Poppe. In het dagelijks leven werkt ze als docent en onderzoeker bij de opleiding Media, Informatie en Communicatie van de Hogeschool van Amsterdam.

Het initiatief heeft zijn wortels in de voorganger van de Koninklijke Nederlandse Vereniging van Informatieprofessionals (KNVI), de NVB, waar zo’n tien jaar geleden een special interestgroep de mogelijkheden van certificering van informatieprofessionals onderzocht. Daaruit is de initiatiefgroep KEI-ip voortgekomen. Een verkenning in de richting van het Europese persoonscertificeringsinitiatief Certidoc, opgezet met geld uit het Leonardo Da Vinci-fonds (onderdeel van het Europese subsidieprogramma Leven Lang Leren), liep op niets uit: ‘Certidoc was op sterven na dood; het initiatief trok te weinig kandidaten om zich te laten certificeren.’

Vervolgens benaderde de initiatiefgroep KEI-ip het Chartered Institute of Library and Information Professionals (CILIP), de beroepsorganisatie van informatieprofessionals in Groot-Brittannië. Van Eck Poppe: ‘We hoopten van hun certificeringsmodule een Nederlandse versie te kunnen maken. Het bleek een typisch Britse regeling, geënt op de aldaar geldende wetgeving; die kon niet zomaar in Nederland worden uitgerold. Ook dat spoor liep dus dood. Toen hebben we gezegd: we gaan het zelf doen.’

Keurmerk

Sinds 2007 werkt Van Eck Poppe samen met haar collega’s van KEI-ip aan een basisregister en certificeringsregeling voor informatieprofessionals. Met dit ‘keurmerk’ kan een informatieprofessional duidelijk maken welke kennis en vaardigheden hij in huis heeft en op welke werkzaamheden zijn expertise goed aansluit. Initiatiefgroep KEI-ip heeft zich ten doel gesteld om de certificeringsregeling te presenteren en te promoten. Het initiatief valt onder de stichting Informatie in Bedrijf, die op naam staat van Van Eck Poppe. ‘Samen met de overige stichtingsbestuurders willen we heel graag dat dit certificaat er komt voor de beroepsgroep. Als stichting werken we zonder winstoogmerk; de regeling moet zichzelf bedruipen. De inkomsten komen van de kandidaten voor certificering en van de opleiders die hun les/cursusaanbod op onze website zetten, en van werkgevers die een vacature hebben en daarvoor een gekwalificeerde kandidaat zoeken. De inkomsten en uitgaven zullen ongeveer gelijk zijn.’

Doelgroepen

Voor wie is certificering interessant? ‘Natuurlijk voor de persoon in kwestie: zowel de werknemer als de zelfstandige professional,’ zegt KEI-ip-secretaris Antony Fokker, zelfstandig consultant vanuit de expertisegebieden beroepsverenigingen en persoonscertificering. ‘Daarnaast is het aantrekkelijk voor werkgevers en opdrachtgevers; ze zien wat voor vlees ze in de kuip hebben. En tot slot: de opleidingsinstituten. Ze kunnen inspelen op de vraag naar bepaalde informatieprofessionals. Binnen die driehoek van doelgroepen zit dat register. We willen zo de kwaliteit van het vak en van de informatieprofessional verbeteren en op peil houden. Het is voor alle drie partijen van belang dat de certificering goed functioneert; daarom zoeken we ook bewust aansluiting bij de werkgevers en de opleidingen.’

Eind januari heeft KEI-ip samen met vertegenwoordigers van een groot aantal opleiders binnen het vakgebied een brainstormsessie gehouden. Van Eck Poppe: ‘We willen een gezamenlijk online aanbod van zowel korte en langere cursussen, als van mbo-, hbo- en wo-opleidingen die in een databank komen te staan. Daardoor kunnen mensen in een certificeringstraject elke vijf jaar gemakkelijk hun certificering verwerven door cursussen te volgen uit dat opleidingenaanbod. We zijn nu met alle opleidingsinstituten in gesprek om dat te realiseren.’ Het effect van de certificeringsregeling is waar het uiteindelijk om te doen is: ‘We willen een leven lang leren propageren. Door certificering worden mensen gedwongen om hun vakkennis bij te houden,’ aldus Van Eck Poppe.

Draagvlak gezocht

Het certificeringsinitiatief moet breed gedragen worden, vindt Fokker. ‘Niet alleen door bijvoorbeeld archivarissen en openbare bibliotheekmedewerkers, maar door iedereen die zich een informatieprofessional voelt. Ik hoop dat contentbeheerders, functioneel beheerders, communitymanagers en anderen in al dat soort nieuwe functies zich ook bij ons aansluiten.’ Van Eck Poppe vult aan: ‘Daar kunnen ook mensen met een heao-diploma tussen zitten. Of filmers die genoodzaakt zijn om hun database met beeldmateriaal te organiseren, op het spoor komen van de opleidingen tot informatieprofessional en zich realiseren dat het een echt vak is.’

Vooral belangrijk is dat de beroepsverenigingen zich achter het certificeringsinitiatief scharen, vindt Fokker. ‘Want als zij dat niet doen, waarom zou een individuele informatieprofessional dat dan wel doen? KEI-ip gaat het gesprek aan met de vakvereniging KNVI, maar ook met de Ngi-NGN (beroepsvereniging van ict-professionals) en de SOD (vakvereniging voor documentaire Informatievoorziening en administratieve organisatie), die zich allebei zullen aansluiten bij de KNVI. Ook de archiefvakorganisaties KVAN en BRAIN staan op het lijstje.

‘Je ziet dat ict- en informatiebeheer naar elkaar toe groeien,’ zegt Fokker. ‘Zit de Ngi-NGN meer aan de technische beheerskant van informatie, de informatieprofessional die wij denken te representeren houdt zich vooral bezig met de inhoudelijke kant van informatie. De verschillen tussen beide groepen worden steeds kleiner. Ik ken informatiemanagers die technische systemen in de lucht houden en ik ken informatiemanagers die zich richten op de inhoudelijke kant van informatie.’

Al met al is het een heel brede groep die moet worden bediend. Wat betekent dat voor de certificering? Op de site van KEI-ip valt te lezen dat uitgegaan wordt van de aanname dat er gemeenschappelijke basiskennis, vaardigheden en competenties zijn die alle informatieprofessionals verbinden. Van Eck Poppe: ‘Er loopt een rode draad door al die beroepsgroepen, namelijk de competenties waarop de regeling is gebaseerd: informatiekunde, technologie, communicatieve vaardigheden en leidinggeven en contentbeheer (curatie) (zie kader hieronder).’ Investeren De investering voor de initiële certificering bedraagt ca 500 euro. Daar komt nog eens de jaarlijkse bijdrage voor registratie bij (95 euro voor leden van de KNVI en de NVBA). Maar stel dat een informatieprofessional zich niet laat registreren? ‘Nú zal dat weinig effect hebben. Maar op het moment dat in personeelsadvertenties wordt gevraagd naar een registratie, wordt het een ander verhaal. Dan willen mensen ook investeren in een certificering,’ verwacht Van Eck Poppe.

‘Studenten die afstuderen moeten tegenwoordig vrijwel altijd een portfolio van verrichte opdrachten aanleggen. Waarom zou dat niet doorgaan in de beroepspraktijk? In deze maatschappij zul je jezelf steeds vaker moeten presenteren; een register kan een zinvolle bijdrage vervullen,’ stelt Fokker.

Certificeren is op dit moment nog niet mogelijk. Van Eck Poppe: ‘Wel zijn alle randvoorwaarden, zoals de certificeringsregeling, inmiddels gereed.’ Ter inspiratie is gebruik gemaakt van CILIP’s Professional Knowledge and Skills base, de beschrijving van de studie Informatiekunde van de Universiteit Utrecht, het ervaringscertificaat (EVC) zelfevaluatie voor de deeltijdopleiding Media, Informatie en Communicatie (Hogeschool van Amsterdam), het RTTI-model voor cognitieve processen van Drost en Verra en de Professional Competencies for Reference and User Services Librarians van de American Library Association.

KEI-ip is nog op zoek naar sponsors voor het ontwikkelen van onder andere de online opleidingentool, maar ook naar mensen die het initiatief op een of andere manier verder willen helpen.

‘Ons vakgebied is te mooi en te waardevol om het zomaar te laten wegglippen,’ besluit Van Eck Poppe. ’En dat is wat ik nu in het onderwijs waarneem. De laatste “officiële” opleiding Informatiedienstverlening en -management aan de Haagse Hogeschool is sinds afgelopen september als ict-opleiding verdergegaan.’ Het aanbod van opleidingen voor informatieprofessionals wordt steeds moeilijker te duiden, wil Van Eck Poppe zeggen. ‘Dat vind ik jammer. Het is een vak waar je opleidingen voor moet volgen. De noodzaak voor beroepscertificering en de noodzaak tot leren en een duidelijk aanbod van opleidingen is daardoor steeds groter geworden.’


KEI-ip Kennis Update Event op 20 april

Op 20 april organiseert KEI-ip in Den Bosch een Kennis Update Event. HvA-MIC, GO opleidingen, VHIC Faculty, SOD Next, DIOR Academy en andere opleiders verzorgen masterclasses over onder andere recordsmanagement, datavisualisatie en informatiebeveiliging voor niet-ict’ers. Verder zijn de beroepsverenigingen en diverse werkgevers aanwezig. Bezoekers kunnen op deze dag al hun vragen stellen over waar het in het vakgebied naartoe gaat en hoe ze daar alvast op in kunnen spelen. Ook wordt het KEI-ip-certificaat ten doop gehouden. Een uitgebreid programma staat op kei-ip.nl.


Competenties

De kennis en vaardigheden voor certificering worden in vijf clusters beoordeeld:

  1. informatiekunde: het omgaan met informatie
  2. technologie: informatica en internet
  3. communicatieve vaardigheden
  4. leidinggeven en beheer
  5. overige specialistische kennis van specifiek belang in een bepaalde sector

Reacties uit het veld

Een reminder

‘Heeft een keurmerk voor informatieprofessionals zin? Toen ik me in 2014 inschreef bij de KEI-ip was dit de vraag. Inmiddels zijn we twee jaar verder en kan ik in ieder geval zeggen dat de registratie voor mij heeft gewerkt als een reminder. Een reminder dat ik ieder jaar “iets” aan mijn professionele ontwikkeling wil doen. Dat kan zijn in de vorm van een opleiding of training, maar ook aan het gericht opdoen van ervaring in de vorm van een studiereis. Het keurmerk valt onder meer te gebruiken als: 1. registratie voor jezelf door de jaren heen (wat heb je gedaan aan je ontwikkeling?) en 2. ontdek je een rode draad in je ontwikkeling? Of mankementen? Daarnaast geldt natuurlijk: hoe meer mensen zich inschrijven, hoe meer mogelijkheden zich aandienen om het register ook daadwerkelijk als keurmerk te gaan gebruiken.’ Hilde Klein, hoofd Bibliotheek Boekmanstichting | kenniscentrum op het gebied van kunst, cultuur en beleid

Grote uitdaging

‘De KNVI staat voor het ontwikkelen van kennis en kunde van onze leden. Duurzame inzetbaarheid, mobiliteit en een leven lang leren zijn daarbij sleutelwoorden. Certificering kan een goed hulpmiddel zijn om die continue ontwikkeling te bevorderen. Het lijkt me een grote uitdaging voor KEI om in de dynamiek van de ontwikkeling van het beroep de certificeringseisen en -kwalificaties up-to-date te houden. Bevordert certificering de zichtbaarheid van de beroepsgroep?’

Michel Wesseling, voorzitter KNVI (op persoonlijke titel)

Ambivalent

‘Ik sta er ambivalent tegenover. Ik ken medewerkers die geen vakvooropleiding hebben, die door nieuwsgierigheid en inzet hun werk uitstekend doen, bijblijven of vooroplopen in veranderingen. Ik ken medewerkers die de ene na de andere cursus of scholing volgen, en zeer middelmatig scoren in hun werk. Ik hecht wel aan opleiding, maar veel meer nog aan houding en inzet. Een certificering is voor de bevlogen medewerkers niet nodig, die zorgen zelf dat ze bijblijven.

Ter illustratie: wij hadden in ons scholingsprogramma een tijdje een soort puntensysteem, iedere medewerker moest een aantal scholingspunten halen ieder jaar. Dat had als gevolg dat sommige medewerkers zich voor allerlei cursussen opgaven, dat braaf volgden, maar er vervolgens niets mee deden. Hebben we afgeschaft, medewerkers moeten zelf aangeven wat ze nodig hebben om toekomstgericht hun werk te kunnen blijven doen, met een plan komen en dan gaan we kijken hoe we dat het beste kunnen realiseren.’

Erna Winters, directeur Bibliotheek Kennemerwaard


Deze bijdrage komt uit IP nr. 3 / 2016. Het gehele nummer kun je hier lezen.