Sinds juni 2019 verzamelt de Passagiersinformatie-eenheid Nederland (Pi-NL) gegevens van alle passagiers die naar en vanuit Nederland vliegen. Dat gebeurt op basis van de Wet gebruik van passagiersgegevens voor de bestrijding van terroristische en ernstige misdrijven, de zogeheten PNR-wet. Die wet lijkt steeds vaker in een behoefte te voorzien bij opsporingsinstanties. Maar is het verzamelen, bewaren en gebruiken van passagiersgegevens evenredig en noodzakelijk? Onderzoekers van het Instituut voor Informatierecht (IViR) van de Universiteit zien dat bevoegde instanties en belanghebbenden twee kanten van de medaille ervaren. Zij evalueerden in samenwerking met It’s Public de wet in opdracht van het Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum (WODC).
Gebruik PNR-wet neemt toe
Onderzoekers van het Instituut voor Informatierecht hebben in kaart gebracht hoe de PNR-wet in de periode van juli 2019 tot 1 januari 2021 is gebruikt. Zo heeft de Pi-NL gegevens ontvangen van ruim 61 miljoen passagiers en heeft de eenheid 20.034 keer passagiersgegevens verstrekt aan Nederlandse bevoegde instanties, zoals de politie en Koninklijke Marechaussee. Zowel het gemiddeld aantal verzoeken om informatie als het gemiddeld aantal keren dat informatie is verstrekt, liggen in 2020 hoger dan in 2019. Opvallend, omdat het aantal vluchten in 2020 fors lager ligt door de coronapandemie. Daarmee lijkt de wet in een behoefte te voorzien bij bevoegde instanties.
Verder lezen
Meer weten? Bekijk het hele rapport.